waarachtigheid
Profetieën
Op deze pagina zijn de profetieën te vinden die de Beloofde Messias (vzmh) in zijn leven heeft gemaakt die zijn waarachtigheid bewijzen.
“God heeft zoveel tekenen getoond om mij te steunen dat als ik ze tot op de dag van vandaag, 16 juli 1906, één voor één zou tellen, ik in de naam van God kan zweren dat het er meer dan driehonderdduizend zouden zijn. En als iemand mijn eed niet gelooft, kan ik hem het bewijs leveren.”
(Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, Izala Auham (Urdu), Ruhani Khazain, deel 3, p. 402.)
Wat zijn Profetieën?
Status en betekenis van profetieën in verschillende religies
In veel religies worden profetieën beschouwd als een belangrijk bewijs van de goddelijke oorsprong en waarachtigheid van de boodschap van een profeet.
In het jodendom, het christendom en de islam zijn profetieën een integraal onderdeel van de heilige geschriften en de religieuze traditie. In het jodendom worden de profetieën in de Hebreeuwse Bijbel (het Oude Testament) gezien als voorspellingen van toekomstige gebeurtenissen, met name met betrekking tot de komst van de Messias en de vestiging van het Koninkrijk van God op aarde.
In het christendom worden veel van de profetieën uit het Oude Testament geïnterpreteerd als voorspellingen van de komst van Jezus Christus, zijn leven, dood en opstanding. De vervulling van deze profetieën wordt beschouwd als een bewijs van Jezus’ identiteit als de Messias en de Zoon van God. In het hindoeïsme en boeddhisme spelen profetieën een minder centrale rol, maar zijn er wel geschriften en tradities die verwijzen naar toekomstige gebeurtenissen en de komst van belangrijke religieuze figuren. Over het algemeen dienen profetieën in religieuze tradities als een bevestiging van de goddelijke oorsprong van de boodschap van een profeet en als een oproep tot geloof en gehoorzaamheid aan God. De vervulling van profetieën wordt gezien als een teken van de waarheid van de religie en de betrouwbaarheid van de profeet als boodschapper van God.
Status van Profetieën in de Islam
In de Islam worden profetieën gezien als een teken van het profeetschap en de goddelijke inspiratie van de profeet Mohammed (sa) en eerdere profeten. De Koran bevat veel verwijzingen naar eerdere profeten en hun profetieën, en benadrukt het belang van geloof in de boodschap van de profeten. De kennis van het onzienlijke of van de toekomst behoort God toe. Hij openbaart kennis van de toekomst aan Zijn profeten wanneer Hij dat wil. We lezen in de Heilige Koran:
“Hij is de Kenner van het onzienlijke en Hij verleent niemand overvloedig kennis van Zijn geheimen. Behalve aan hem die Hij als boodschapper kiest.” (72:27-28)
Profeten ontvangen kennis van de toekomst door de openbaring van God. Dit betekent ook dat de waarachtigheid van een profeet kan worden beoordeeld aan de hand van de vervulling van zijn profetieën. Deze profetieën zijn geen vage en onzekere voorspellingen zoals die van astrologen en andere waarzeggers, die niet meer voorstellen dan vermoedens. De profetieën van profeten bezitten de kwaliteit van zekerheid en majesteit. Mirza Ghulam Ahmad (as) deed talrijke profetieën. Sommige daarvan hadden betrekking op zijn persoon, andere op zijn familie, zijn volgelingen, zijn tegenstanders, zijn gemeenschap en op wereldgebeurtenissen. Het is opmerkelijk hoe nauwkeurig en gedetailleerd deze voorspellingen zijn uitgekomen. Zelfs de meest specifieke aspecten van zijn profetieën zijn precies zo geschied als hij had aangekondigd. Deze verbazingwekkende vervulling van zijn woorden, vaak tot op de letter, vormt een overtuigend bewijs dat hij werkelijk de door God gezonden Messias was.
LEEFTIJD
De Beloofde Messias (as) ontving de openbaring:
ثَمانينَ حَولًا أَو قَريبًا مِن ذلِكَ، أَو تَزيدُ عَلَيهِ سِنِينًَا وَتَرى نَسلًا بَعيدًا.
“Uw leeftijd zal tachtig zijn — enkele jaren minder of enkele jaren meer; en u zult lang genoeg leven om getuige te zijn van uw verre nageslacht.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khaza’in, deel 18, pagina 466)
De Beloofde Messias (as) overleed in 1908 en werd 73 jaar oud, waarmee deze profetie in vervulling ging. Als zijn leeftijd volgens de islamitische kalender wordt berekend, dan bereikte hij de leeftijd van 76 jaar. In beide gevallen is deze profetie uitgekomen. Deze openbaring werd ontvangen toen de Beloofde Messias (as) nogal jong was. Het is onmogelijk voor een gewoon persoon om te weten wanneer hij zal overlijden.
Ook het tweede deel van de openbaring is in vervulling gegaan:
“Ongeveer dertig jaar geleden ontving ik de openbaring van de Almachtige God: “U zult lang genoeg leven om getuige te zijn van uw verre nageslacht.” Honderden mensen zijn getuige van deze openbaring. Deze is meerdere keren gepubliceerd en het gebeurde inderdaad in overeenstemming. Ik zag de kinderen die nog niet geboren waren ten tijde van de profetie, en vervolgens zag ik de kinderen van die kinderen. Ik weet niet hoever het effect van deze profetie zich zal uitstrekken.” (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 265)
ARABISCHE TAAL
De Arabische taal heeft een bijzondere status in de Islam, aangezien het de taal is waarin de Heilige Koran werd geopenbaard. Het beheersen van de Arabische taal wordt beschouwd als essentieel voor het begrijpen en interpreteren van de Koran en de Hadith. Het feit dat de Beloofde Messias (as) in staat was om op zo’n hoog niveau in het Arabisch te communiceren en te schrijven, was een duidelijk teken van goddelijke ondersteuning.
De Beloofde Messias (as) was geboren in India en zijn moedertaal was Urdu. Hij was in zijn jeugd niet gevorderd in de Arabische taal en sprak deze ook niet. De Beloofde Messias (as) werd slechts de basis van de Arabische taal door een leraar onderwezen. Echter, God de Almachtige toonde een buitengewoon teken door 40,000 Arabische woorden aan de Beloofde Messias (as) te openbaren in een nacht. Dit was een krachtig teken omdat de Beloofde Messias (as) een onbekende taal werd geleerd door God, de Almachtige, Zelf. Ook ontving hij de openbaring:
يَا أَحْمَدُ فَاضَتِ الرَّحْمَةُ عَلَى شَفَتَيْكَ
“O Ahmad! Barmhartigheid zal vloeien van uw lippen.” (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 517)
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Welsprekendheid, vloeiende spraak, waarheidsgetrouwheid en kennisgebieden zullen u worden verleend. Het is duidelijk dat mijn woorden zo’n wonder vormden dat niemand met mij kon concurreren. Na deze openbaring publiceerde ik meer dan twintig boeken en tijdschriften in welsprekend en gearticuleerd Arabisch, maar niemand kon met mij concurreren. God nam zowel hun tong als hun hart weg en gaf ze aan mij.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 401)
“Waarlijk, Allah heeft mij gezegend met de kennis van de Arabische taal, hoewel ik geen formele opleiding in deze taal heb genoten. Hij heeft mijn tong welsprekend gemaakt en mijn pen krachtig, zodat ik de schoonheid en wijsheid van Zijn woorden kan uitdrukken op een manier die de harten raakt en de geesten verheft.” (Khutbah Ilhamiyya, vol. 16, p. 3)
“O mensen, aanschouw het wonder van de Arabische taal die aan mij is geschonken als een teken van Allah’s genade. Hoewel ik geen Arabier ben, heeft Hij mij in staat gesteld om te spreken en te schrijven met een welsprekendheid die zelfs de meest geleerde onder u versteld doet staan. Dit is waarlijk een bewijs van mijn waarheidsgetrouwheid en een getuigenis van de zegeningen die Allah aan Zijn dienaren schenkt.” (Ijaz-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 25)
De boeken die de Beloofde Messias (as) in het Arabisch schreef, waren opmerkelijk vanwege hun diepgaande inhoud en eloquente stijl. De Beloofde Messias (as) had deze boeken namelijk geschreven met de kennis die hij ontving van God. Ze bevatten gedetailleerde uiteenzettingen over islamitische concepten, overtuigende argumenten ter verdediging van de waarheid van de Islam, en wijze inzichten in spirituele en morele kwesties. De taal was rijk, vloeiend en vol retorische schoonheid, waardoor zelfs native Arabische sprekers onder de indruk waren van zijn beheersing van de taal.
Ijazul Masih was het eerste boek van de Beloofde Messias (as) in de Arabische taal. Dit boek was een uitmuntend commentaar op de Heilige Koran. De Beloofde Messias (as) daagde zijn opponenten uit om een boek te schrijven in de Arabische taal dat gelijk is in literaire uitmuntendheid en rijk is aan betekenissen, maar er was geen enkele persoon die het kon opnemen tegen de Beloofde Messias (as). De Egyptische schrijver Allama Rashid Raza, redacteur van de Almanar (Caïro), was speciaal uitgenodigd om deze taak op zich te nemen. De Beloofde Messias (as) was ervan overtuigd dat niemand het tegen hem zou kunnen opnemen, omdat God hem bijstond, en hij schreef dat als iemand met een vergelijkbaar commentaar zou komen, hij zijn manuscript zou verbranden. De Beloofde Messias (as) schreef ook:
“Zelfs als hun vaders, hun zonen, hun helpers, hun geleerden, hun wijzen en hun juristen samenkomen, zullen ze niet in staat zijn om een dergelijk commentaar te produceren.” (Ijaz-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 68)
De Arabische werken van de Beloofde Messias (as) wekten grote verbazing en bewondering op bij degenen die ze lazen. Zelfs geleerde Arabische sprekers waren verbluft door zijn taalvaardigheid en de diepgang van zijn ideeën. Hoewel sommigen zijn uitdaging probeerden aan te gaan en vergelijkbare werken te produceren, slaagde niemand erin zijn niveau van eloquentie en spirituele inzicht te evenaren. Dit versterkte het geloof van zijn volgelingen dat hij werkelijk door Allah werd gesteund.
Nog een bijzondere gebeurtenis vond plaats in het leven van de Beloofde Messias (as). Een dag voor Eid-ul-Adha, de dag dat de opoffering van de zoon van Abraham (as) wordt herdacht, werd de Beloofde Messias (as) geopenbaard dat hij de volgende dag een welsprekende toespraak in de Arabische taal zou houden.
“Houd vandaag een toespraak in het Arabisch, aan u is de capaciteit hiertoe gegeven.” (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 361)
Ook ontving hij de openbaring:
“Deze toespraak is welsprekend gemaakt door de Edele Heer.” (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 361)
Op deze dag leverde de Beloofde Messias (as) een onvoorbereide, overweldigende, vlotte en krachtige toespraak in de Arabische taal. Het is vermeld dat zijn ogen half gesloten waren, en hij sprak vloeiend wat hem ter plekke werd geopenbaard. Deze toespraak werd opgeschreven door een aantal aanwezigen. De toespraak staat vandaag bekend als ‘khutbah ilhamiyah’ (de geopenbaarde preek) en bevat ongeveer tachtig pagina’s.
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Toen deze Arabische toespraak, genaamd Khutbah Ilhamiyyah [‘De geopenbaarde preek’], aan de mensen werd voorgedragen, was er op dat moment een publiek van misschien wel tweehonderd personen aanwezig. Heilig is Allah! Het leek alsof er een fontein begon te stromen uit het ongeziene, en ik wist niet of ik degene was die sprak of dat het een engel was die sprak via mijn tong, omdat ik me ervan bewust was dat ik geen deel had aan deze toespraak. Voorgevormde zinnen bleven uit mijn mond komen en elke zin was een teken voor mij. Al deze zinnen zijn bewaard gebleven in gepubliceerde vorm onder de naam “Khutbah Ilhamiyyah”. Men zal zich bij het lezen van dit boek afvragen of het in het vermogen van een mens ligt om op te staan en, volkomen onvoorzien, zo’n lange toespraak in de Arabische taal te houden zonder na te denken of te beschouwen. Dit is een literair wonder dat God heeft laten zien, en niemand kan zoiets presenteren.” (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 361-362)
Veel Arabischsprekende individuen bekeerden zich tot de Ahmadiyya-gemeenschap na het lezen van zijn werken, overtuigd van de waarheid van zijn boodschap en de diepgang van zijn spirituele inzichten. Tot op de dag van vandaag blijven zijn Arabische geschriften een krachtig instrument voor da’wa (uitnodiging tot de Islam) en een bron van inspiratie voor Ahmadi-moslims over de hele wereld.
De buitengewone Arabische taalvaardigheid van de Beloofde Messias (as) was een duidelijk teken van zijn waarheidsgetrouwheid en goddelijke ondersteuning. Het feit dat hij, ondanks zijn beperkte formele opleiding in de taal, in staat was om zulke indrukwekkende en welsprekende werken te produceren, getuigt van de zegeningen die Allah hem schonk. Zijn Arabische geschriften blijven een bron van inspiratie en leiding voor mensen over de hele wereld, en onderstrepen zijn status als een ware hervormer en dienaar van Allah.
RECHTSZAKEN
De Beloofde Messias (as) ontving de openbaring:
“Is Allah niet voldoende voor Zijn dienaar? Hij zal zijn naam zuiveren van alle beschuldigingen die tegen hem ingebracht zullen worden. Hij is achtenswaardig in de ogen van God.” (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 516)
In het leven van de Beloofde Messias (as) werden verschillende beschuldigingen geuit tegen hem, waardoor hij belandde in een aantal rechtszaken. Hij werd beschuldigd van de moord op een hindoe-opponent genaamd Lekhram, waarbij de leugens van de opponenten werden ontmaskerd. Vervolgens werd hij beschuldigd van het versturen van brieven op een onwettige manier, waarbij de opponenten volledig werden vernederd. Daarna werd hij ervan beschuldigd onwetend te zijn, wat ertoe leidde dat de onwetendheid van de vijandige Maulvis werd ontmaskerd. Ten slotte beschuldigde Mehr Ali hem ervan een dief te zijn, wat ertoe leidde dat hij zelf als dief werd verklaard.
God had de Beloofde Messias (as) vrijgesproken van al deze beschuldigingen. Is het geen wonder dat de opponenten nooit slaagden in hun plannen en dat God de Beloofde Messias (as) altijd bijstond? Ook sprak de Beloofde Messias (as) standvastig de waarheid gedurende alle rechtszaken. Nooit had de Beloofde Messias (as) een leugen gesproken of geprobeerd de waarheid te verbergen, zelfs niet toen het hem werd voorgesteld door een advocaat. God had honderden tekenen getoond gedurende deze rechtszaken en de Beloofde Messias (as) werd daarmee, met de steun van God, vrijgesproken van beschuldigingen van laster, leugens, bedrog en onwetendheid, waarmee ook deze profetie tot vervulling kwam.
Nog een inspirerend incident met betrekking tot een rechtszaak is als volgt: de broer van Sharampat, genaamd Bashambar Daas, en een andere persoon genaamd Khush Haal werden beiden gevangengezet als gevolg van een rechtszaak. Sharampat verzocht de Beloofde Messias (as) om voor hem te bidden en vroeg naar de uitkomst van de rechtszaak. Nadat de Beloofde Messias (as) ervoor had gebeden, openbaarde God aan hem de hele waarheid over de rechtszaak. Hij zag in een visioen dat de gevangenisstraf van Bashambar Daas met de helft zou worden verminderd. De procedure van de rechtszaak zou via de Chief Court terugkomen bij de lagere rechtbank. Via deze rechtbank zou de gevangenisstraf van Bashambar Daas worden teruggebracht tot slechts de helft, terwijl de andere helft zou worden vergeven. Zijn andere metgezel Khush Haal zou na het uitzitten van zijn volledige gevangenisstraf worden vrijgelaten. Geen enkele dag zou van zijn straf worden verminderd en hij zou ook niet eerder worden vrijgelaten. Meteen werden veel mensen op de hoogte gebracht van dit visioen, en Sharampat werd ook op de hoogte gebracht. Uiteindelijk was het resultaat precies zoals was geprofeteerd. (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 251)
OVERLIJDEN VADER
De vader van de Beloofde Messias (as), Mirza Ghulam Murtaza, was een gerenommeerd bestuurder in zijn omgeving. Hij ontving zijn pensioen van de Britse regering, en ook nog eens vierhonderd roepies als beloning. Hij bezat ook vier dorpen als eigendom. De Beloofde Messias (as) had een hechte en liefdevolle relatie met zijn vader. Zijn vader was niet alleen een bron van financiële steun, maar ook een mentor en gids in zijn vroege leven. Hij werd op ongeveer 85-jarige leeftijd ziek, maar hij herstelde van deze ziekte. Wel leed hij nog aan dysenterie. Het was een zaterdagmiddag dat de Beloofde Messias (as) in een lichte slaap viel en de volgende openbaring van Allah ontving:
وَالسَّمَاءِ وَالطَّارِقِ
“En bij de hemel en de morgenster” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 534)
Hiervan begreep de Beloofde Messias (as) het volgende: ‘bij de hemel, een incident zal plaatsvinden na zonsondergang’. Het werd de Beloofde Messias (as) duidelijk gemaakt dat deze profetie betrekking had op zijn vader en dat hij op deze dag na zonsondergang zou overlijden. Met deze goddelijke openbaring kwam de gedachte bij de Beloofde Messias (as) op dat hij door het overlijden van zijn vader vatbaar zou worden voor ernstige moeilijkheden, omdat alle inkomstenbronnen van zijn vader zouden worden stopgezet. Ook zou het grootste deel van het grondbezit worden overgenomen door zijn partners. De Beloofde Messias (as) had deze gedachten toen hij plotseling weer in een lichte slaap viel en toen de volgende openbaring ontving:
أَلَيْسَ اللَّهُ بِكَافٍ عَبْدَهُ؟
“Is Allah niet voldoende voor zijn dienaar?” (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 516)
Als gevolg van deze openbaring vulde het hart van de Beloofde Messias (as) zich met tevredenheid. Na het Zuhr-gebed zag de Beloofde Messias (as) zijn vader, die eruit zag als een volkomen gezond persoon die geen enkele steun leek nodig te hebben. De Beloofde Messias (as) was hierop nogal verbaasd en dacht hoe het mogelijk zou kunnen zijn dat hij vandaag zou overlijden. Toen hij echter tegen zonsondergang het toilet bezocht, was de zon bij zijn terugkeer al onder, en zodra hij op zijn bed zat, begon zijn vader een gorgelend geluid te maken en blies vervolgens zijn laatste adem uit.
Na het overlijden van zijn vader werd de Beloofde Messias (as) geconfronteerd met aanzienlijke financiële en praktische uitdagingen. Hij verloor niet alleen de inkomstenbronnen van zijn vader, zoals diens pensioen en beloning, maar ook een groot deel van het grondbezit dat zijn vader had bezeten. Dit bracht de Beloofde Messias (as) in een situatie van financiële onzekerheid en potentiële ontbering. Toch bleef hij vertrouwen op Allah en zocht hij Zijn hulp en voorziening.
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Ik zweer in de naam van Hem in Wiens handen mijn leven is, dat deze profetie op wonderbaarlijke wijze is vervuld. Niet alleen ik, maar iedereen die ik kende in de tijd dat ik onder de voogdij van mijn vader leefde, kan getuigen dat ten tijde van het overlijden van mijn vader niemand mij kende. Het was na zijn dood dat de Almachtige God mij te hulp kwam en mijn voogd werd op zo’n manier dat niemand ooit had kunnen denken dat dit mogelijk was. Hij werd mijn Helper in alle opzichten. Ik was alleen al bezorgd om voedsel op mijn tafel te krijgen, maar tot nu toe heeft Hij vele honderdduizenden mensen van mijn tafel gevoed. Vraag zelf aan de mensen op het postkantoor hoeveel roepies er naar mij zijn opgestuurd. Ik ben in het bezit van maar liefst een miljoen (roepies), zeg me nu eerlijk of dit een wonder is of niet!” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 535)
DE PEST
De Beloofde Messias (as) ontving de volgende openbaring van God:
لا يُصَدِّقُ السَّفِيهُ إِلَّا سَفِيهُ الهَلاكِ عُدُولِي وَعُدُولكَ – قُل أَتى أَمرُ اللَّهِ فَلا تَستَعجِلُوا
“Deze mensen zullen nooit geloven, tenzij zij het teken van de dood te zien krijgen. Vertel hen dat de pest onderweg is, dus haast u niet (voor een teken).” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 401)
De Beloofde Messias (as) ontving deze openbaring ruim twintig jaar voor het uitbreken van de pest. Vervolgens zag de Beloofde Messias (as) in het jaar 1898 de volgende droom:
“Ik zag dat de engelen van God zwarte bomen aan het planten waren op verschillende plaatsen in Punjab. Deze planten waren erg lelijk, zwart, angstaanjagend en onvolgroeid. Ik vroeg aan de persoon die deze bomen aan het planten was, wat voor soort bomen dit zijn? Hij antwoordde dat dit pestbomen waren, die zich zeer binnenkort in het land zouden verspreiden.” (Ayyam-us-Sulh, Ruhani Khazain, vol. 14, p. 274)
In de eerstvolgende winter brak een verschrikkelijke pest uit die zich verspreidde over heel India. Duizenden mensen kwamen om het leven en vele anderen werden ernstig ziek.
Deze pestepidemie die India trof was een van de dodelijkste in de geschiedenis van het land. Tussen 1896 en 1914 eiste de ziekte naar schatting 12 miljoen levens in India. (Gregg, C.P.A., Plague: An Ancient Disease in the Twentieth Century, Rev Infect Dis. 1985;7(4):625-631).
De ziekte verspreidde zich snel in dichtbevolkte steden en dorpen, en de autoriteiten hadden moeite om de uitbraak onder controle te krijgen. De economische en sociale gevolgen waren enorm, met verstoorde handel, gesloten scholen en overbelaste gezondheidsdiensten (Nathan, J.L., Plague in India, 1896-1897, Ranchi, 1898).
Hiermee ging de profetie van de Beloofde Messias (as) in vervulling:
“In een tijd dat er in geen enkel district van Punjab, behalve op één plaats, een spoor van de pest aanwezig was, openbaarde de Almachtige God mij dat de pest zich door geheel Punjab zou verspreiden en dat elke plaats door de pest zou worden getroffen. De dood zou heersen, duizenden zouden bezwijken aan de pest, en veel dorpen zouden volledig worden verwoest. Mij werd getoond dat overal en in elk district zwarte pestbomen werden geplant. Daarom heb ik deze profetie in dit land gepubliceerd door middel van duizenden pamfletten en tijdschriften. Kort daarna brak de pest uit in elk district van Punjab. Als gevolg hiervan zijn tot nu toe maar liefst 300.000 levens verloren gegaan en sterven er nog steeds mensen. De Almachtige God zei dat de pest dit land zeker niet zal verlaten totdat deze mensen zichzelf veranderen.” (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 234-235)
Ook ontving de Beloofde Messias (as) een openbaring dat de mensen die zich met een oprecht hart tot God wenden, gered zullen worden van de pest:
إِنِّي أُحَافِظُ كُلَّ مَن فِي الدَّارِ
“Ik zal allen uit het huis beschermen (tegen de pest).” (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 369)
De Beloofde Messias (as) had niet alleen geprofeteerd dat er een verschrikkelijke pest zou uitbreken, maar ook dat de oprechte mensen van zijn Gemeenschap niet ziek zouden worden door deze pest en beschermd zouden worden door God. Met ‘allen uit het huis’ wordt dus geen fysiek huis bedoeld, maar wordt verwezen naar degenen die in zijn spirituele huis wonen: de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap. De Beloofde Messias (as) schreef dat ondanks het feit dat de pest wijdverspreid was en duizenden slachtoffers maakte, de leden van zijn gemeenschap door Gods genade gespaard bleven. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 234).
VERSPREIDING
De Beloofde Messias (as) ontving de volgende openbaring van God:
“Ik zal uw boodschap verspreiden tot aan de uiteinden van de wereld.” (Tadhkirah, Engelsie Editie 2018, Pagina 470)
De Beloofde Messias (as) ontving deze openbaring in een klein dorp in India, genaamd Qadian. Dit dorp was heel onbekend en er waren maar weinig mensen die ervan wisten. Het was vanuit dit onbekende dorp dat de Beloofde Messias (as) profeteerde dat zijn boodschap de uiteinden van de wereld zou bereiken. Een aanspraak die onmogelijk kan worden gemaakt door een gewone persoon zonder enige Goddelijke begeleiding. Vandaag de dag is de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap gevestigd in meer dan 200 landen, en daarmee is deze profetie van de Beloofde Messias (as) in vervulling gegaan. Ook zou de Beloofde Messias (as) bidden “O God, laat mij niet alleen”. Het resultaat was dat Allah het volgende openbaarde:
يَأْتُونَ مِنْ كُلِّ فَجٍّ عَمِيقٍ
“Mensen zullen naar u toekomen vanuit afgelegen plekken.” (Tadhkirah, Engelse Editie 2018, Pagina 473)
Ook deze profetie werd al gedurende zijn leven vervuld. De aantallen reizigers zorgden ervoor dat de wegen van Qadian zodanig waren uitgesleten dat er kuilen in kwamen. Vele malen moest de Britse regering de weg repareren door deze met aarde te vullen. Voorheen was er een tijd dat er zelden een enkele persoon op die weg zou lopen. Mensen kwamen uit alle richtingen en begonnen terug te keren naar de waarheid.
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Is er iemand van mijn tegenstanders die kan bewijzen dat voordat deze profetie werd gedaan, er zelfs maar zeven mensen met mij waren? In tegenstelling hiertoe, hebben hedendaags, na de profetie, duizenden mensen trouw aan mij gezworen.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 397)
In het begin van april 1908 bezochten een Amerikaanse man en vrouw India als toeristen. Ze kwamen ook naar Qadian om de Beloofde Messias (as) te ontmoeten. Met hen was ook een Engelsman uit Lahore. Deze drie personen ontmoetten de Beloofde Messias (as) en hij ontving hen met liefde en zorg en hij beantwoordde ook hun vragen. Hij presenteerde zijn aanspraak en legde hun de ware betekenis van de tweede komst van de Messias uit. Daarnaast vertelde hij hen ook enkele van zijn tekenen. Ze waren erg onder de indruk van de woorden van de Beloofde Messias (as) en tijdens het gesprek verzochten ze de Beloofde Messias (as) om hun een teken te tonen.
Hij antwoordde hun dat als jullie met verstand nadenken, zelfs jullie aanwezigheid een teken is van mijn waarachtigheid. Verrast vroegen ze: hoe is dat mogelijk? De Beloofde Messias (as) antwoordde dat hij slechts enkele jaren geleden volledig onbekend was en dat Qadian een zeer afgelegen dorp was, volledig verborgen en ver weg uit het zicht van de mensen. “Dus gedurende deze tijd informeerde God mij dat Hij mij bekendheid zal geven en dat mensen van ver zullen komen om mij te ontmoeten. Daarom is uw aanwezigheid hier ook gebaseerd op een profetie en het is een bijzonder teken van God, want wat een grote afstand is er tussen Amerika en Qadian!” Ze waren zeer verrast en zaten gevangen in hun eigen woorden. Op bepaalde andere momenten bezochten ook sommige Europeanen Qadian en zij waren altijd onder de indruk van de spirituele status en enorme kennis van de Beloofde Messias (as) (Al Hakam, Coming from every distant track: A couple from Chicago, 15 Januari 2021)
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Denk eens voor uzelf na: is het mogelijk dat iemands woorden, anders dan de openbaring van God, voor zaken van het ongeziene, in vervulling gaan na zo’n lange periode vanaf het moment dat ze voor het eerst werden uitgesproken? Als de mens hiertoe in staat is, dan zouden ze een voorbeeld moeten geven van iemand anders, die net als ik, in een tijd van onbekendheid, twintig jaar voor de vervulling van een profetie aan de wereld bekendmaakt dat er een dag zal komen waarop zijn toestand van onbekendheid niet langer zo zal zijn, en dat hem duizenden geschenken zullen worden gegeven, en duizenden mensen uit verre landen zullen reizen om hem te ontmoeten. Ik ben ervan overtuigd dat de mens niet in staat is zo’n voorbeeld te geven.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 398)
beloofde zoon
In het begin van 1886 vertrok de Beloofde Messias (as) naar een plaats genaamd Hoshiarpur naar aanleiding van een Goddelijke openbaring. In deze plaats verbleef hij veertig dagen in een afgelegen huis, waar hij al zijn tijd doorbracht in aanbidding en het gedenken van Allah.
Gedurende die dagen ontving hij meerdere hemelse openbaringen en ook een openbaring met betrekking tot een Beloofde Zoon. Hij werd door God geïnformeerd dat hij gezegend zou worden met een zoon die een teken van de barmhartigheid van God zou zijn en dat door hem de religie zeer snel vooruitgang zou maken. Deze openbaring is als volgt:
“Hij zal worden gekenmerkt door pracht, grootheid en rijkdom. Hij zal in de wereld komen en veel aandoeningen genezen door zijn Messiaanse kwaliteiten en door de zegen van de ware geest. Hij zal het Woord van Allah zijn, want Allah’s genade en eer zullen hem hebben uitgerust met het Woord van Majesteit. Hij zal buitengewoon intelligent en opmerkzaam zijn en zal zachtmoedig van hart zijn. Hij zal een grote seculiere en spirituele kennis bezitten. Een zoon, die de verrukking van het hart is, een hooggeplaatste edelman. Een manifestatie van de Eerste en de laatste, een manifestatie van het ware en het hoge, alsof Allah uit de hemel is neergedaald. Zijn komst zal zeer gezegend worden en hij zal de bron van de manifestatie van de Goddelijke Majesteit zijn. Zie, er komt een licht, door God gezalfd met de geur van Zijn welbehagen. We zullen onze Geest in hem blazen en hij zal beschut worden onder de schaduw van God. Hij zal snel in gestalte groeien en zal het middel zijn om de vrijlating te bewerkstelligen van degenen die gevangen worden gehouden. Zijn faam zal zich verspreiden tot aan de uiteinden van de aarde, en mensen zullen door hem gezegend worden. Hij zal dan worden verheven tot zijn geestelijke positie in de hemel. Dit is een zaak die vastbesloten is.” (Tadhkirah, Engelse editie 2018, Pagina’s 175-176)
De Beloofde Messias (as) ontving meerdere openbaringen en maakte meerdere profetieën over zijn beloofde zoon. In een openbaring werd hem verteld: “Ik zal u zegenen met een zoon die een teken van Mijn macht en eer zal zijn, en van de waarheid en verhevenheid. Hij zal het Woord van Allah op aarde zijn.” (Tadhkirah, Engelse editie 2018, Pagina 176) In een andere openbaring werd vermeld: “Een rechtschapen en zuivere zoon zal worden geboren. Je moet hem Mahmood Ahmad noemen.” (Tadhkirah, Engelse editie 2018, Pagina 177) Deze openbaringen werden vervuld met de geboorte en het leven van Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmood Ahmad (ra) op 12 Januari 1889.
Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmood Ahmad (ra) toonde vanaf jonge leeftijd buitengewone intelligentie en wijsheid. Hij verwierf een enorme hoeveelheid seculiere en religieuze kennis en werd bekend om zijn welsprekendheid en overtuigende argumenten ter verdediging van de Islam. Hij was ook bekend om zijn zachtmoedigheid, mededogen en toewijding aan de dienst van de mensheid. Als Khalifa leidde hij de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap met grote vaardigheid en visie, en onder zijn leiding maakte de gemeenschap een ongekende groei en vooruitgang door. Zijn faam verspreidde zich inderdaad tot de uithoeken van de aarde, en talloze mensen werden door hem gezegend met de boodschap van de ware Islam.
Tijdens het leiderschap van Hazrat Mirza Bashir ud Deen Mahmood Ahmad (ra) als Khalifa, onderging de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap een opmerkelijke transformatie. Hij initieerde talrijke programma’s en instellingen voor de verspreiding van de Islam, waaronder de oprichting van zendingsposten in tientallen landen, de publicatie van literatuur in vele talen en de lancering van de Tehrik-e-Jadid en Waqf-e-Jadid fondsen voor de financiering van deze inspanningen. Onder zijn leiding groeide het ledental van de gemeenschap van enkele duizenden tot vele miljoenen, verspreid over meer dan 200 landen. Hij legde ook de basis voor een sterk systeem van morele en spirituele training voor de jeugd van de gemeenschap.
Voor de volgelingen van de Beloofde Messias (as), was de komst van Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmood Ahmad (ra) en zijn buitengewone prestaties een duidelijk bewijs van de waarheidsgetrouwheid van de Beloofde Messias (as). Ze zagen met eigen ogen hoe de profetie over de beloofde zoon op opmerkelijke wijze in vervulling ging, precies zoals beschreven. Dit versterkte hun geloof en overtuiging dat Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as) werkelijk de beloofde Messias en Mahdi was, gezonden door Allah voor de hervorming van de mensheid. Het diende ook als een krachtige getuigenis voor de waarheid van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap voor buitenstaanders.
Ontvangen van gelD
Eens werd de Beloofde Messias (as) geopenbaard dat hem op een dag 21 rupees zouden worden gezonden, geen cent meer of minder. (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 524)
Mensen werden ook geïnformeerd over deze profetie. Echter, toen het ontvangen geld werd geteld, bleek dat er slechts 5 rupees waren ontvangen. Hierop begonnen de hindoes te zeggen dat de profetie vals was gebleken. Maar de Beloofde Messias (as) ontving opnieuw de openbaring dat 21 Rupees waren gezonden, geen cent meer of minder. Toen kwam het nieuws dat er een vergissing was gemaakt in de telling en dat er in feite 20 rupees waren ontvangen in plaats van 5. Het klopte echter nog steeds niet, want de profetie vermeldde dat er 21 rupees waren gezonden. Toevallig kwam op dezelfde dag een minister op bezoek bij de Beloofde Messias (as) voor behandeling en gaf daarbij 1 rupee als geschenk. Hiermee kwam de profetie op bijzondere wijze tot vervulling.
Op een moment toen de Beloofde Messias (as) zijn boek ‘Barahin-e-Ahmadiyya’ moest publiceren, had hij een grote behoefte aan geld. Dus ontving hij de volgende openbaring:
“Over tien dagen zal Ik Mijn teken demonstreren.” (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 469)
Hiermee werd duidelijk dat hij binnen 10 dagen geld zou ontvangen. Verder ontving hij de openbaring: “Dan zult u moeten reizen naar Amritsar”. Binnen 10 dagen ontving de Beloofde Messias (as) 140 rupees aan donaties en moest hij als getuige voor een rechtszaak naar Amritsar reizen. Zo kwam ook deze profetie exact tot vervulling.
Op een ander moment werd de Beloofde Messias (as) geopenbaard dat op die dag geld zou worden gezonden door een persoon genaamd Abdullah Khan. Tijdens deze openbaring waren er enkele hindoes in de aanwezigheid van de Beloofde Messias (as). Zij gingen controleren of dit daadwerkelijk klopte, en het bleek inderdaad te kloppen, wat hen bijzonder verbaasde. Zij vroegen: ‘Hoe kon u dit weten?’. De Beloofde Messias (as) antwoordde: ‘De God die jullie niet herkennen, heeft mij dat verteld.’ (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 226)
Eens had de Beloofde Messias (as) vijftig roepies nodig en hij had geen geld. Toen de Beloofde Messias (as) ’s morgens een wandeling ging maken, werd hij aangespoord om voor zijn behoefte aan geld ergens te gaan bidden. De Beloofde Messias (as) vond daartoe een afgelegen plaats aan de oever van een kanaal en deed daar zijn smeekbede. Zodra hij hiermee klaar was, ontving hij een openbaring die als volgt was: ‘Merk op hoe snel Ik uw gebeden verhoor’. Hij keerde verheugd terug naar Qadian en ging naar de markt om bij het postkantoor na te vragen of er geld voor hem was gekomen. Daar ontving hij een brief waarin stond dat iemand uit Ludhiana vijftig roepies had gestuurd en het bedrag bereikte hem dezelfde dag. (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 583)
Eens ontving de Beloofde Messias (as) een openbaring tijdens het Fajr-gebed dat op die dag een bepaald bedrag zou worden gedoneerd door een familielid van Hajji Arbab Lashkar Khan. Dus informeerde de Beloofde Messias (as) de Arya’s genaamd Sharmpat en Malawamal over deze profetie. De Arya’s gingen naar het postkantoor om erachter te komen of er op die dag geld was binnengekomen van zo’n persoon of niet. Daar vonden zij een brief met tien roepies die door Arbab Sarwar Khan was verstuurd. De Arya’s ontkenden echter dat Sarwar Khan een familielid was van Muhammad Lashkar Khan. Hierop schreef de Beloofde Messias (as) een brief naar Munshi Ilahi Baksh, een accountant, om hem op de hoogte te stellen van de zaak en dat het nodig was om te onderzoeken of Sarwar Khan verwant was aan Muhammad Lashkar Khan of niet. Munshi Ilahi Baksh antwoordde dat Sarwar Khan Arbab de zoon was van Lashkar Khan. Hoewel Munshi Ilahi Baksh een opponent was van de Beloofde Messias (as), kon hij de waarheid niet verbergen. Dit maakte de Arya’s sprakeloos. (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 474-475)
De bovenstaande incidenten illustreren op treffende wijze de goddelijke ondersteuning en leiding die Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), de Beloofde Messias, ontving tijdens zijn missie. De profetieën over het ontvangen van specifieke geldbedragen, vaak onder onwaarschijnlijke omstandigheden en binnen precieze tijdsbestekken, dienden als krachtige bewijzen van zijn waarheidsgetrouwheid en status als een door God gezonden hervormer.
Het Schrijven van een boeK
Ongeveer vijftien jaar voordat Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), de Beloofde Messias, zijn boek “Barahin-e-Ahmadiyya” publiceerde, werd hij gezegend met een opmerkelijke droom. In deze droom werd hij bezocht door niemand minder dan de Heilige Profeet Mohammed (sa) zelf. Tijdens deze hemelse ontmoeting informeerde de Heilige Profeet (sa) hem dat hij een boek zou schrijven dat algemeen aanvaard zou worden door de moslims en dat de tegenstanders niet in staat zouden zijn om het te weerleggen. (Barahin-e-Ahmadiyya, Engelse vertaling, vol. 4, p. 248-249)
Deze droom diende als een goddelijke aankondiging van de toekomstige missie en het succes van de Beloofde Messias (as). Het was een teken van de Goddelijke steun en leiding die hij zou ontvangen bij het verdedigen en verheffen van de ware islam.
Vijftien jaar later, toen de Beloofde Messias (as) eindelijk “Barahin-e-Ahmadiyya” publiceerde, ging deze profetische droom op opmerkelijke wijze in vervulling. Het boek, een meesterwerk van islamitische theologie en apologetiek, bracht de religieuze wereld in beroering. Met zijn diepgaande argumenten, overtuigend bewijs en eloquente verdediging van de waarheid van de islam, liet “Barahin-e-Ahmadiyya” diepe indruk achter op zowel moslims als niet-moslims.
Moslimgeleerden en intellectuelen prezen de eruditie en helderheid van het boek, en erkenden het als een krachtig hulpmiddel voor het bevorderen van de islamitische leer. Zelfs degenen die aanvankelijk sceptisch stonden tegenover de claims van de Beloofde Messias (as), konden niet anders dan onder de indruk zijn van de kracht en overtuiging van zijn argumenten.
Ondanks verwoede pogingen slaagden de tegenstanders van de Beloofde Messias (as) er niet in de logica en het gezag van “Barahin-e-Ahmadiyya” te weerleggen. Hun kritiek en bezwaren bleken zwak en onhoudbaar tegenover de overweldigende bewijzen en argumenten die in het boek werden gepresenteerd. Velen van hen werden zelfs gedwongen om, soms met tegenzin, de uitmuntendheid van het werk te erkennen.
De publicatie van “Barahin-e-Ahmadiyya” markeerde een keerpunt in het religieuze landschap van die tijd. Het bevestigde de status van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as) als een goddelijk gesteunde hervormer en verdediger van de islam. Het bracht een golf van hernieuwde toewijding en enthousiasme teweeg onder de moslimgelovigen, die nieuwe hoop en inspiratie vonden in de krachtige boodschap van het boek.
De vervulling van deze droom was een duidelijk teken van de waarheidsgetrouwheid van de Beloofde Messias (as) en een getuigenis van de goddelijke oorsprong van zijn missie. Het toonde aan dat hij werkelijk werd geleid en gesteund door Allah zelf, en dat zijn geschriften de uitdrukking waren van goddelijke wijsheid en leiding.
Vandaag de dag blijft “Barahin-e-Ahmadiyya” een onmisbaar werk in het canon van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap en een krachtige getuigenis van de intellectuele en spirituele erfenis van de Beloofde Messias (as). Het dient als een blijvende bron van kennis, inspiratie en leiding voor degenen die ernaar streven de schoonheid en waarheid van de islam te begrijpen en uit te dragen in de moderne wereld.
Geboorte kinderen
De Beloofde Messias (as) werd door God geïnformeerd dat hij een zoon zou ontvangen. Deze openbaring werd ontvangen zelfs voordat hij het geslacht van het kind kon weten. Ook werd hem geopenbaard dat de naam van dit kind ‘Mahmud Ahmad’ zou zijn. Dit was zijn eerste en oudste zoon. Ook ontving hij soortgelijke openbaringen met betrekking tot zijn tweede, derde en vierde zoon, die allemaal voor hun geboorte werden gepubliceerd. (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 519)
De Beloofde Messias (as) schrijft:
“Er zijn zo’n twintig tot eenentwintig jaar verstreken sinds ik een flyer publiceerde waarin stond dat God mij had beloofd dat Hij mij vier zonen zou schenken die lang zouden leven. In mijn boek Mawahib Ur-Rahman op pagina 139 staat een verwijzing naar deze profetie in de volgende woorden: Alle lof behoort Allah de Almachtige toe Die mij op mijn oude leeftijd vier zonen heeft geschonken en zo Zijn belofte heeft vervuld.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 519)
De namen van deze vier zonen zijn:
Mahmud Ahmad
Bashir Ahmad
Sharif Ahmad
Mubarak Ahmad
Naast profetieën over zijn zonen kreeg de Beloofde Messias (as) ook openbaringen met betrekking tot de geboorte van zijn dochters. De Beloofde Messias (as) ontving de volgende openbaring van God:
د خَتَر كِرَام
“Dochter van adellijke voorouders”. (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 521)
Deze openbaring werd gepubliceerd in de kranten Al-Hakam en Al-Badr. Een dochter werd toen geboren, die Amat-ul-Hafiz heette en die tot op heden in gezondheid leeft. Ook ontving de Beloofde Messias (as) de blijde tijding van nog een dochter:
تَنْشَأُ فِي الحِلْيَةِ
“Ze zal worden opgevoed tussen ornamenten.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 521)
Uit deze openbaring werd duidelijk dat deze dochter niet jong zou sterven. Vervolgens werd een dochter geboren die Mubarakah Begum heette.
Naast de profetieën met betrekking tot zijn eigen kinderen ontving de Beloofde Messias (as) ook een bijzondere openbaring over de geboorte van een zoon voor Hazrat Hakeem Noor-ud-Din (ra), die later zijn eerste opvolger zou worden. Aanvankelijk was het zo dat alle kinderen die Hakeem Noor-ud-Din (ra) kreeg, op jonge leeftijd kwamen te overlijden. Toen hij een tweede vrouw huwde, kwamen ook haar kinderen te overlijden. De kinderen bleven niet langer dan 2 of 3 jaar in leven. In deze situatie zag de Beloofde Messias (as) een droom.
Hij werd door God geïnformeerd dat Noor-ud-Din (ra) een jongen zou krijgen. Zijn gelaatskleur zou lichtbruin zijn, hij zou mooi zijn, grote ogen hebben, lang leven en puisten over zijn gehele lichaam hebben, vooral op zijn onderbeen. Deze puisten zouden genezen, maar de littekens ervan zouden overblijven. Kort daarna gebeurde het onmogelijke: Noor-ud-Din (ra) werd gezegend met een zoon en noemde hem Abdul-Hai. De profetieën die de Beloofde Messias (as) had gedaan met betrekking tot deze zoon werden tot in het kleinste detail vervuld. Zou iemand kunnen zeggen dat dit toeval was?
Het is mogelijk voor iemand om voor de geboorte van een kind te raden of het een jongen of een meisje zal zijn, als gevolg van geluk. Deze profetie vertelde echter niet alleen vastbesloten dat het een jongen zou zijn, maar ook precies wat hem zou overkomen. Bovendien kan hetgeen hem is overkomen, zoals het krijgen van puisten, onmogelijk worden beïnvloed door menselijke inspanningen. Dit toont aan dat dit een krachtig teken was en dat het God was Die de Beloofde Messias (as) informeerde. (Anwar-ul-Islam, Ruhani Khazain, vol. 9, p. 26 en Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 275-278)
Gebedsduels
De gebedsduels van de Beloofde Messias (as) weerspiegelen een thema dat vaak voorkomt in het leven van profeten en heiligen in de geschiedenis. In veel religieuze tradities vinden we verhalen van goddelijke tussenkomst ten gunste van de rechtvaardigen en tegen hun tegenstanders. Het verhaal van de profeet Elia die de profeten van Baäl uitdaagt (1 Koningen 18) is een bekend voorbeeld uit de Bijbel. In de islamitische geschiedenis zijn er ook voorbeelden van heiligen en geleerden die door Allah werden geholpen toen ze werden uitgedaagd of bedreigd. In de Koran wordt een voorbeeld gegeven van een mubahala tussen de Profeet Mohammed (sa) en christelijke afgevaardigden uit Najran (3:61).
De gebedsduels tussen de Beloofde Messias (as) en zijn tegenstanders vonden vaak plaats in de context van langlopende theologische geschillen en debatten. Deze opponenten, meestal religieuze geleerden of leiders van andere islamitische stromingen, betwistten de claims en leringen van de Beloofde Messias (as) en probeerden zijn missie te ondermijnen. Wanneer geschriften en debatten geen duidelijke oplossing boden, werd een gebedsduel gezien als een laatste toevlucht om goddelijke tussenkomst en oordeel te zoeken. De opponenten daagden de Beloofde Messias (as) uit voor deze duels, in de overtuiging dat Allah de waarheid zou onthullen en de leugenaar zou vernietigen.
Gebedsduels, bekend als mubahala in de islamitische traditie, hebben een diepe spirituele betekenis. Ze worden gezien als een middel om een beroep te doen op het oordeel van Allah in tijden van conflict of onenigheid. Deelnemers aan een mubahala bidden oprecht tot Allah om Zijn gunst en steun, en aanvaarden Zijn beslissing als definitief en bindend. Gebedsduels testen niet alleen de waarheidsgetrouwheid van de betrokken partijen, maar demonstreren ook hun geloof, oprechtheid en bereidheid om zich te onderwerpen aan de wil van Allah. Hiervan volgen een aantal voorbeelden die plaatsvonden in het leven van de Beloofde Messias (as).
Maulvi Ghulam Dastagheer daagde de Beloofde Messias (as) uit voor een gebedsduel. Hij schreef in zijn boek Fath-e-Rahman dat wij beiden moeten bidden dat wie van ons tweeën een leugenaar is, eerst moet komen te overlijden in het leven van de ander en dat hij dan vervloekt moet worden door God. Er waren nog maar een paar dagen verstreken sinds deze uitdaging of Ghulam Dastagheer stierf een vernederende dood. (Tiryaq-ul-Qulub, Ruhani Khazain, vol. 15, p. 155)
Charagh Din uit Jammu daagde ook de Beloofde Messias (as) uit voor een gebedsduel. Hij smeekte God dat wie van hen tweeën een leugenaar is, moet komen te overlijden voor de ander zodat kan worden aangetoond wie van hen een leugenaar is. Er gingen slechts een paar dagen voorbij of Charagh Din kwam samen met zijn zonen te overlijden aan de pest. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 234)
Maulvi Ismaeel was een opponent van de Beloofde Messias (as). Hij verklaarde in zijn boek dat de Beloofde Messias (as) een leugenaar is. Daarnaast schreef hij dat hij een gebedsduel aan wilde gaan en dat beide partijen moeten bidden dat wie vals is vernietigd moet worden. Korte tijd later kwam Maulvi Ismaeel te overlijden en de leugenaar werd ontmaskerd. (Anjam-e-Atham, Ruhani Khazain, vol. 11, p. 64)
Mohayudeen was een opponent van de Beloofde Messias (as). Hij publiceerde een openbaring en verklaarde dat de Beloofde Messias (as) Farao is tegenover hem en dat hij verwoest zal worden. Korte tijd later kwam Mohayudeen te overlijden en werd de werkelijke Farao ontmaskerd. (Tiryaq-ul-Qulub, Ruhani Khazain, vol. 15, p. 155)
Dit zijn allemaal buitengewone gebeurtenissen en ze bewijzen duidelijk dat Allah de Almachtige de Beloofde Messias (as) bijstond en zijn opponenten vernederde. De Beloofde Messias (as) was zelfverzekerd dat Allah hem nooit in de steek zou laten.
Hij schrijft: “Ik kondig hierbij aan dat als ik in dit gebedsduel verslagen zou worden, mijn gemeenschap, die momenteel meer dan 100.000 telt, me minachtend zou mogen verlaten en zich van me distantiëren.” (Wonder van Ahmad, p. 27)
“In mijn boek Anjam-e-Atham nodigde ik veel tegenstanders van Maulavis bij naam uit voor een mubahala [gebedsduel], en schreef op pagina 66 van het boek dat als iemand van hen een mubahala met mij zou aangaan, ik zou bidden dat sommigen van hen blind worden, en anderen verlamd raken, of gek worden, of sterven aan een slangenbeet, of vroegtijdig overlijden, of onteerd worden, of financieel verlies lijden. Hoewel alle tegenstanders (alle Maulvis) niet moedig genoeg waren om de uitdaging van een mubahala aan te gaan, bleven ze me achter mijn rug om misbruiken en volharden in hun ontkenning. Rashid Ahmad van Gangoha, bijvoorbeeld, riep niet alleen “de vloek van Allah zij met de leugenaars” op mij af, maar hekelde mij ook als ‘satan’ in een van zijn aankondigingen. Bijgevolg hebben tot dusver slechts twintig van de tweeënvijftig vijandige Maulavis het overleefd, en ook zij zijn het slachtoffer van de een of andere beproeving. De rest is allemaal omgekomen. Maulavi Rashid Ahmad werd blind en stierf later aan een slangenbeet, als gevolg van het gebed van Mubahala. Maulavi Shah Din werd gek en stierf. Maulavi Ghulam Dastgir werd het slachtoffer van de door hemzelf geïnitieerde mubahala. Wat betreft degenen die nog in leven zijn, geen van hen is gespaard gebleven van een van de bovengenoemde rampen, hoewel ze nooit formeel de mubahala zijn aangegaan op de voorgeschreven manier.” (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie p. 313)
Overige profetieën
In dit onderdeel behandelen we een aantal overige profetieën die de Beloofde Messias (as) heeft gedaan.
De Pest
De Beloofde Messias (as) voorspelde de komst van een verschrikkelijke pest in India.
Arabische taal
De Beloofde Messias (as) had extraordinaire kennis van de Arabische taal.
Verspreiding
De Beloofde Messias (as) voorspelde de verspreiding van de Gemeenschap wereldwijd.
Beloofde Zoon
De Beloofde Messias (as) voorspelde dat hij een extraordinaire zoon zou krijgen.
Overlijden vader
De Beloofde Messias (as) voorspelde het overlijden van zijn vader op dezelfde dag.
Ontvangen van geld
De Beloofde Messias (as) voorspelde dat hij verschillende bedragen van geld zou ontvangen.
Leeftijd
De Beloofde Messias (as) ontving een openbaring met betrekking tot zijn leeftijd.
Geboorte kinderen
De Beloofde Messias (as) voorspelde dat hij verschillende kinderen zou krijgen.
Gebedsduels
Velen daagden de Beloofde Messias (as) uit voor een gebedsduel en stierven.
Rechtszaken
De Beloofde Messias (as) werd vrijgesproken van alle beschuldigingen in rechtszaken.
Schrijven van boek
De Beloofde Messias (as) ontving een openbaring dat hij een onweerlegbare boek zou schrijven.
Einde van opponenten
In dit onderdeel behandelen we een aantal incidenten van opponenten die het opnamen tegen Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as) en omkwamen.
إِنِّي مُهِينٌ مَنْ أَرَادَ إِهَانَتَكَ
Openbaring aan de Beloofde Messias (as)
Lekhram
Dit teken bewees de waarheid van de Islam aan het volk van India. Pandit Lekhram was een bekend hoofd van het Arya-volk. Hij was een openlijke vijand van de Islam en belasterde de Heilige Profeet (sa). Hij wachtte ongeduldig op een teken en dus smeekte hij de Beloofde Messias (as) om een teken te tonen. Uiteindelijk ontving de Beloofde Messias (as) een openbaring van God dat Pandit Lekhram binnen zes jaar een fatale ramp zou ondergaan vanwege zijn grove aanvallen. (Karamat-us-Sadiqeen, Ruhani Khazain, vol. 7, p. 128).
Lekhram antwoordde dat hij niets te vrezen had. Later kreeg de Beloofde Messias (as) verdere details geopenbaard dat Pandit Lekhram zijn fatale rampspoed zou ontmoeten op de eerstvolgende dag na Eid. Hij ontving de volgende openbaring:
عِجْلٌ جَسَدٌ لَهُ خُوَارٌ – لَهُ نَصَبٌ وَعَذَابٌ
“(Het is) een ellendig half dood kalf dat niets anders dan vernedering en vernietiging staat te wachten.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 513)
Ook zag de Beloofde Messias (as) een droom:
“Vandaag, 2 april 1893 n.Chr., (14 Ramadhan 1310 AH), vroeg in de ochtend, in halfslaap, zag ik mezelf in een groot huis zitten, enkele vrienden bij me. Plotseling zag ik voor me een man, angstaanjagend met bloeddoorlopen ogen. Toen ik hem zag, leek hij een vreemd wezen, met een vreemd karakter. Geen mens, dacht ik, maar een vreselijke en gevaarlijke engel. Hij joeg angst aan bij degenen die hem zagen. Terwijl ik naar hem keek, vroeg hij: ‘Waar is Lekh Ram?’ Toen noemde hij een ander en vroeg mij ook naar diens verblijfplaats. Ik begreep toen dat deze persoon was aangesteld om Lekh Ram en die andere man te straffen.” (Barakat-ud-Dua, Ruhani Khazain, vol. 6, p. 35, voetnoot)
Aan de andere kant kondigde Pandit Lekhram ook aan dat Mirza Ghulam Ahmad (as) een leugenaar was en door middel van diarree binnen een periode van drie jaar zou omkomen en dat geen van zijn nakomelingen zou overleven (Takzeeb Barahin-e-Ahmadiyya, p. 2). Deze spirituele wedstrijd werd onder groot toezicht gehouden en allen wachtten gespannen op het resultaat. De drie jaar die Pandit voorspelde met betrekking tot de dood van Mirza Ghulam Ahmad (as) gingen voorbij en zijn nakomelingen overleefden, in tegenstelling tot de profetie van Lekhram. Maar de Beloofde Messias (as) was zo zeker van zijn profetie dat hij schreef:
“Als ik door middel van deze profetie de leugenaar zou blijken te zijn, zal ik bereid zijn om elke soort straf te ondergaan, en ik zal er vrede mee hebben om aan de galg te worden opgehangen met een touw om mijn nek.” (Nuzul-ul-Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, p. 502)
Echter, toen de periode van vijf jaren naderde, op de dag na Eid, stak een onbekende persoon Lekhram in de maag met een scherp mes en hij kwam als gevolg daarvan te overlijden. Lekhram stierf op een zondag. Zijn lichaam werd gecremeerd en de as ervan in een rivier verstrooid, precies zoals met het kalf van Samri gebeurd was. Het incident van Samri verwijst naar een gebeurtenis beschreven in de Koran (Surah Ta-Ha, 20:88-98). Samri was een man die, tijdens de afwezigheid van Mozes (as), een gouden kalf maakte dat de Israëlieten begonnen te aanbidden. Toen Mozes (as) terugkeerde, vernietigde hij het kalf door het te verbranden en de as ervan in de zee te verstrooien.
In beide gevallen vond het in stukken snijden precies op zaterdag plaats. Hoewel de moeder en de vrouw van Lekhram thuis waren, ontsnapte de moordenaar en men heeft niet kunnen achterhalen wie het was.
Op deze wijze kwam de profetie van de Beloofde Messias (as) precies tot vervulling. Na zijn dood werd overal naar de moordenaar gezocht. Ook werd het huis van de Beloofde Messias (as) grondig doorzocht. De Beloofde Messias (as) werd ervan verdacht deze moord te hebben gepland, maar absoluut niets werd gevonden. Het was een krachtig teken van God. De Beloofde Messias (as) ontving ook de openbaring:
الْفِتْنَةُ هَهُنَا فَاصْبِرْ كَمَا صَبَرَ أُولُو الْعَزْمِ
“In deze dagen zal een kwaad zich verspreiden, dus toon geduld zoals de toegewijde profeten deden.” (Barahin-e-Ahmadiyya, Ruhani Khazain, vol. 1, p. 557)
Deze profetie verwijst ook naar het incident van Lekhram. De profetie met betrekking tot Lekhram kwam met zo’n grootheid tot vervulling dat elke tegenstander tot zwijgen werd gebracht. De tegenstanders hadden alle mogelijke pogingen gedaan tegen de Beloofde Messias (as). Maar de gemeenschap, die in het begin slechts uit twee of drie leden bestond, had in de tijd van de vervulling van de profetie reeds een aantal van zeventigduizend bereikt. En de Hand van God had vele vijanden die het opnamen tegen de Beloofde Messias (as) van de aarde verwijderd, en op deze manier kwam deze wonderbaarlijke profetie tot vervulling.
Abdullah Atham
Abdullah Atham was een geleerde en ambtenaar afkomstig uit India die van de Islam tot het Christendom bekeerd was. Atham schreef ook een boek genaamd “Andruna Bible” waarin hij had verklaard dat de Heilige Profeet (sa) een Dajjal (leugenaar) was. Er vond in 1893 een debat plaats tussen hem en Mirza Ghulam Ahmad (as) dat vijftien dagen duurde. Het was een debat tussen het Christendom en de Islam. Het werd duidelijk tijdens het verloop van dit debat dat Atham opzettelijk leugens probeerde te verspreiden. Gedurende dit debat werd het onderwerp van wonderen behandeld. Daarom liet God deze gelegenheid niet voorbijgaan zonder een wonder te verrichten. In zijn laatste toespraak van dit debat kondigde Mirza Ghulam Ahmad (as) aan dat hij zojuist een openbaring had ontvangen. Deze luidde:
“Binnen 15 maanden zal de partij die aan dit debat deelneemt, en die weloverwogen bedrog volgt, en de Ware God heeft verlaten, en die van een gewoon mens een God tracht te maken, in de Hawiyah (hel) afdalen; mits deze partij geen stap van zijn standpunt zal afwijken.” (Jang-e-Muqaddas, Ruhani Khazain, vol. 6, p. 293)
Mirza Ghulam Ahmad (as) kondigde in zijn laatste toespraak aan dat deze voorspelling bedoeld was om de waarachtigheid van de Heilige Profeet (sa) aan te tonen, die Abdullah Atham als dajjal (valse profeet) had beschreven. De voorspelling bestond uit twee delen:
- Abdullah Atham zal binnen 15 maanden zwaar gestraft worden – als hij volhardt de waarheid te blijven negeren.
- Als hij spijt zou krijgen en berouw zou hebben van zijn fout, dan zou hij ten minste 15 maanden gevrijwaard zijn tegen deze straf.
Toen Atham deze profetie van de Beloofde Messias (as) hoorde in een bijeenkomst, beefde hij, werd bleek van angst, greep met beide handen zijn oren en zei: “Ik heb de Heilige Profeet nooit Dajjal genoemd!” In deze bijeenkomst werd het zelfs moeilijk voor Atham om rechtop te blijven staan en daarom moesten mensen hem steunen. Atham hield op om voor het Christendom te spreken en te schrijven. De islamitische leer had toch enige indruk gemaakt. Zijn schuldgevoelens over de onrechtvaardige vijandigheid tegenover de Islam namen toe.
Hij kreeg hallucinaties en bekende dit aan zijn vrienden en familie. Vanaf dit moment onthield Atham zich absoluut van elke vorm van kritiek op de Islam. Hij bracht alle vijftien maanden door in absolute angst en verbijstering. Soms zou hij alleen zitten en overvloedig huilen. Hij had dagdromen over slangen, dolle honden en gewapende mannen die hem kwamen doden. Zulke ervaringen kunnen niet bedacht zijn.
In deze situatie benaderden sommige christenen hem, en verzochten hem om iets publiekelijk aan te kondigen zodat een vernedering voor hem kon worden vermeden. Maar Atham zei absoluut niets. Zijn acties bevestigden het feit dat hij diep in zijn hart ontzag had voor de waarheid van de Islam en doodsbang was voor de profetie van de Beloofde Messias (as). Met betrekking tot zijn angst openbaarde God aan de Beloofde Messias (as):
اطَّلَعَ اللهُ عَلَىٰ غَمِّهِ وَهَمِّهِ
“Allah is zich bewust van zijn rusteloosheid en verdriet.” (Anjam-e-Atham, Ruhani Khazain, vol. 11, p. 272)
Om deze reden werd zijn straf om binnen 15 maanden in de Hawiyah geworpen te worden volgens Gods belofte kwijtgescholden. Als gevolg hiervan besloten sommige christenen om geruchten te verspreiden dat de profetie vals was gebleken omdat Atham niets was overkomen. De woorden ‘op voorwaarde dat diegene zich niet tot de waarheid wendt’ waren onderdeel van de profetie en een voorwaarde voor zijn bestraffing. De Beloofde Messias (as) schreef dat als iemand twijfelt over de toestand van Atham, dan zou de makkelijkste oplossing zijn om Atham een eed af te laten leggen en publiekelijk te laten verklaren dat gedurende de periode van de profetie zijn hart niet geïnspireerd was door de Islam en dat de toestand van zijn hart hetzelfde was gebleven als voor het debat. De Beloofde Messias (as) beloofde zelfs een geldprijs als hij deze eed zou afleggen, eerst duizend, dan tweeduizend, dan drieduizend en vervolgens vierduizend roepies:
“Als Atham dit verklaart, dan ben ik bereid om hem te belonen met een bedrag van 4000 roepies, en zal ik mezelf als een leugenaar beschouwen.” (Anjam-e-Atham, Ruhani Khazain, vol. 11, p. 291)
Ook schreef hij:
“Als Atham doorgaat en de eed niet aflegt, dan zal hij omkomen binnen een jaar, en dit overlijden zal onverwijld absoluut zijn.” (Anjam-e-Atham, Ruhani Khazain, vol. 11, p. 291)
Atham weigerde deze verklaring af te leggen. Hij keerde zich tegen de Beloofde Messias (as). Atham kon het geldbedrag voor zichzelf opeisen zodra hij de eed had afgelegd. Maar Atham koos ervoor om de gemoedstoestand waarin hij gedurende die 15 maanden had verkeerd, verborgen te houden. Hij bracht de rest van zijn leven in stilte door. Binnen zeven maanden na deze laatste aankondiging van de Beloofde Messias (as) stierf Atham in 1896, waarmee de profetie in vervulling ging. De waarheid van de voorspelling van Mirza Ghulam Ahmad (as) werd duidelijk aangetoond.
John Alexander DowiE
John Alexander Dowie was een invloedrijke maar controversiële figuur in het Amerikaanse religieuze landschap aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Hij was een welvarende man, wiens gewaad alleen al een waarde had van ruim 10.000 dollar en zijn geschatte vermogen bedroeg twintig miljoen. In 1896 stichtte hij een christelijke sekte en begon hij met de bouw van een stad genaamd Zion City, in de buurt van Chicago (Illinois).
Dowie beweerde helende krachten te bezitten en verzamelde een groot aantal aanhangers om zich heen. In 1901 verklaarde hij de voorbode te zijn van de wederkomst van Christus. Hij was een felle tegenstander van de islam en beledigde openlijk de islam en de Profeet Mohammed (vzmh). Hij verkondigde zelfs dat hij de islam zou vernietigen voor de terugkeer van Christus. Toen de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), over Dowie’s beweringen hoorde, daagde hij hem uit voor een geestelijke wedstrijd. Hij schreef:
“De beste manier om vast te stellen of Dowie’s God waarachtig is of die van ons, is dat Dowie moet stoppen met het maken van profetieën over de vernietiging van alle moslims. In plaats daarvan zou hij alleen mij in gedachten moeten houden en bidden dat degene die van ons leugens vertelt, eerder moet sterven dan de ander.” (Review of Religions, September 1902, deel 1, nr. 9)
Verder schreef de Beloofde Messias (as):
“Als Dowie zich afkeert van deze uitdaging, weest ervan op de hoogte dat Zion een grote catastrofe zal treffen”. (Haqiqat ul-Wahi, Engelse editie, p. 71)
Deze uitdaging, die in 1902 werd gedaan en in 1903 herhaalde, kreeg veel aandacht in de Amerikaanse pers. De Beloofde Messias (as) vermeldde destijds dat hij wist van 32 kranten die over deze gebedstwist berichtten, maar hij was ervan overtuigd dat er veel meer waren. Na verder onderzoek heeft de Ahmadiyya Gemeenschap in de VS nog eens 128 krantenknipsels uit die tijd gevonden, waarmee het totaal op 160 komt. (Hazrat Mirza Masroor Ahmad (aba), Khutbah Jummah, 21 Oktober 2022)
Dowie weigerde echter op de uitdaging in te gaan en zei: “Denkt u dat ik zulke muggen en vliegen zal antwoorden? Als ik mijn voet op hem zou zetten, zou ik hem vermorzelen. Ik geef hem een kans om weg te vliegen en te leven.” Op 14 februari 1903 schreef hij in zijn krant: “Ik bid tot God dat de islam spoedig van de aarde zal verdwijnen. O God, aanvaard dit gebed van mij. O God, vernietig de islam.” (Dowie, J.A. (1903). Leaves of Healing, Vol. XII, Nr. 26, 18 april, p. 825 en Dowie, J.A. (1903). Leaves of Healing, Vol. XII, Nr. 18, 14 februari, p. 570)
Uiteindelijk liet de Beloofde Messias (as) de beslissing aan God over en werd hij door God geïnformeerd dat er spoedig een teken zou plaatsvinden dat voor de hele wereld zichtbaar zou zijn. De Beloofde Messias (as) schreef:
“Ik ben ongeveer zeventig jaar oud terwijl Dowie ongeveer vijfenvijftig jaar is en dus vergeleken met mij is hij nog een jonge man. Maar aangezien de kwestie niet door leeftijd bepaald zal worden, kan dit grote verschil in jaren mij niet uitmaken. De zaak is in handen van Hem die de Heer van de Hemel en Aarde is en de rechter is over alle rechters. Hij zal beslissen in het voordeel van de waarachtige”. (Haqiqatul-Wahi, Engelse editie, p. 345)
In december 1903 ging Dowie eindelijk openlijk het gebedsduel met Mirza Ghulam Ahmad (as) aan. Hij verklaarde dat een engel hem had verteld dat hij zou zegevieren over zijn vijanden. Kort daarna verslechterde de gezondheid van John Alexander Dowie echter dramatisch. Het eerste teken was een verlamming die hem op 19 december 1905 trof terwijl hij een toespraak hield in New York. Zijn been, hetzelfde been waarmee hij ooit gedreigd had de Messias van God te vertrappen, raakte verlamd. Twee maanden later keerde de verlamming terug en maakte hem machteloos. Hij moest naar een gezondheidscentrum worden gebracht.
Zijn volgelingen waren verbijsterd dat hij, die beweerde anderen te kunnen genezen, dit niet voor zichzelf kon doen. Zij begonnen de kamers te doorzoeken die voorheen voor hen gesloten waren en vonden verborgen flessen drank. Zijn vrienden lieten hem in de steek toen ze ontdekten dat hij hun geld had gestolen. Hij werd een alcoholist en leidde een immoreel leven met verschillende vrouwen.
Zijn stad Zion ging ten onder aan verdeeldheid en onenigheid. In maart 1907 stierf hij uiteindelijk in volslagen verdriet, ellende en hulpeloosheid. Zelfs na zijn dood hield zijn vernedering niet op. Zijn eigen vrouw en kind woonden zijn begrafenis niet bij. Zijn zoon kreeg geen kinderen en zijn dochter overleed.
De pers toonde grote belangstelling voor dit gebedsduel. Meer dan 30 kranten in de VS publiceerden over de uitkomst. De Boston Herald schreef op 23 juni 1907:
“Dowie stierf ver weg van zijn vrienden en zijn fortuin was vernietigd. Hij leed aan verlamming en krankzinnigheid. Hij stierf een ellendige dood, met de stad Zion verscheurd en verward door interne onenigheid. Mirza is naar voren getreden en stelt dat hij de uitdaging heeft gewonnen”.
Tegenwoordig is de naam van Alexander Dowie bij niemand meer bekend en heeft hij geen enkel nageslacht op aarde, omdat zij allen kwamen te overlijden. Allah heeft met vele tekenen duidelijk gemaakt wie de winnaar van deze geestelijke strijd was, op een manier die onmogelijk te ontkennen valt. Zion, de stad waarvan Dowie ooit beweerde dat er nooit moslims zouden kunnen wonen, huisvest nu een grote moslimgemeenschap en zelfs een moskee. Hazrat Mirza Masroor Ahmad (aba), het huidige hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, bezocht deze stad en kreeg zelfs de sleutel van Zion overhandigd.
De geschiedenis van Alexander Dowie en zijn confrontatie met Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as) is een krachtig voorbeeld van hoe hoogmoed en vijandigheid tegenover de waarheid uiteindelijk tot een vernederende ondergang kunnen leiden.

Sa’dullah
Sa’dullah uit Ludhiana was een van de meest felle opponenten van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, de Beloofde Messias (as). Zijn oppositie bereikte een hoogtepunt toen hij zeer grove en lasterlijke boeken over de Beloofde Messias (as) schreef, die zo beledigend en lasterlijk waren dat het voor een fatsoenlijk persoon moeilijk was om ze te lezen. Hij vervloekte de Beloofde Messias (as) vaak en schreef dat God hem volledig zou vernietigen. Daarnaast beweerde Sa’dullah ook dat de Beloofde Messias (as) gedurende zijn leven een schandelijke dood zou sterven zonder nageslacht.
Als antwoord op deze beschuldigingen en vervloekingen smeekte de Beloofde Messias (as) God om een teken dat Sa’dullah zelf op zo’n vernederende wijze zou sterven. Vervolgens maakte de Beloofde Messias (as) bekend dat Sa’dullah zelf gedurende zijn leven een schandelijke dood zou ondergaan. In januari 1907 werd Sa’dullah getroffen door de pest en stierf hij.
In het geval van Sa’dullah kwam een belangrijke profetie van de Beloofde Messias (as) uit. Sa’dullah had namelijk over de Beloofde Messias (as) geschreven dat hij (God verhoede) zonder nageslacht zou blijven tot aan zijn dood, wat betekende dat zijn gemeenschap vernietigd zou worden en geen erfgenamen zou hebben. Hierop openbaarde God aan de Beloofde Messias (as) dat Sa’dullah zelf zonder nageslacht zou overlijden. Sa’dullah kreeg inderdaad geen enkel kind meer en zelfs de zoon die hij al had voor de profetie, bleef ook zonder nageslacht. Zijn hele verdere nageslacht was dus vernietigd, terwijl de Beloofde Messias (as) juist vele kinderen kreeg.
De Beloofde Messias (as) schrijft hierover:
“Ongeveer dertien jaar geleden had ik de volgende openbaring ontvangen over Sa’dullah van Ludhiana, een nieuwe bekeerling tot de islam: “Voorzeker, uw vijand zal uitsterven”. (Zie Anwarul-Islam, p. 12)… In die tijd had Sa’dullah een zoon die ongeveer vijftien of zestien jaar oud was. Sinds deze openbaring, hoewel er dertien jaar zijn verstreken, is er geen enkel kind van hem geboren. Wat zijn eerste zoon betreft, hij kan zich niet voortplanten in overeenstemming met de bovengenoemde openbaring. Het bewijs van de profetie dat hij kinderloos blijft, is dus duidelijk, en de aanwijzingen dat de afstamming zal worden afgebroken, zijn dus ook duidelijk aanwezig.” (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 459-460)
Sa’dullah kreeg zelfs niet de kans om de bruiloft van zijn enige zoon bij te wonen. Hij had alle benodigdheden voor de bruiloft verzameld en was klaar om het huwelijk binnen enkele dagen te laten plaatsvinden, maar de engel des doods greep in en bracht hem terug tot zijn Schepper voordat dit kon gebeuren. Er kan dus geen twijfel over bestaan dat hij een teleurstellende dood stierf, precies zoals voorspeld was. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 540-543)
Het verhaal van Sa’dullah is een krachtige illustratie van hoe vijandschap tegen een door God gezonden boodschapper uiteindelijk leidt tot vernedering en ondergang. Ondanks zijn felle oppositie en lasterlijke uitspraken, was Sa’dullah niet in staat om de missie van de Beloofde Messias (as) te stoppen. Integendeel, hij werd zelf het slachtoffer van de goddelijke vergelding die hij over de Beloofde Messias (as) had afgeroepen. Voor de volgelingen van de Beloofde Messias (as) is dit een bemoedigend teken dat God altijd aan de kant van de waarheid staat en uiteindelijk Zijn belofte nakomt om Zijn boodschappers te steunen en hun tegenstanders te vernederen.
Pandit Diyanand
Pandit Diyanand Saraswati was de stichter van de Arya Samaj, een hindoeïstische hervormingsbeweging die in de 19e eeuw in India ontstond. Hij stond bekend om zijn controversiële opvattingen, die vaak beledigend waren voor andere religies, in het bijzonder de islam. Diyanand verkondigde veel ideeën die de hindoes aanzetten tot het beledigen van de Heilige Profeet Mohammed (sa) en andere profeten. In zijn eigen boek, Satyarth Prakash, gebruikte hij vaak ruwe taal en leugens om zijn standpunten te verdedigen.
De Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), was diep bedroefd door de godslasterlijke uitspraken van Pandit Diyanand en bad tot God voor Zijn tussenkomst. In antwoord op zijn gebeden ontving de Beloofde Messias (as) de volgende openbaringen over Diyanand:
“De Almachtige God zal zeer binnenkort deze slechte persoon van de wereld verwijderen.” (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 765-766)
“De Arya-religie is verordend om door God te worden verslagen, en de volgelingen ervan zullen wegrennen van hun religie en deze de rug toekeren.” (Ibid)
Drie maanden voordat Pandit Diyanand overleed in Ajmer, werd de Beloofde Messias (as) door God geïnformeerd over zijn naderende dood. Hij deelde deze profetie mee aan Lala Shrimpat en andere Arya’s die in Qadian woonden.
Tegelijkertijd was de Beloofde Messias (as) enigszins teleurgesteld over Diyanands dood. Pandit Diyanand had hem namelijk enkele vragen gesteld waarop de Beloofde Messias (as) nog niet had kunnen antwoorden. (Ibid)
Het verhaal van Pandit Diyanand illustreert de ernstige gevolgen van het beledigen van door God gezonden profeten en het verspreiden van leugens over andere religies. Ondanks zijn invloed en positie als leider van de Arya Samaj, kon Diyanand de goddelijke vergelding voor zijn daden niet ontlopen. Zijn dood, precies zoals voorspeld door de Beloofde Messias (as), was een duidelijk teken van Gods misnoegen over zijn gedrag.
Babu Ilahi Baksh
Babu Ilahi Baksh, oorspronkelijk uit Lahore, was aanvankelijk een toegewijde volgeling van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, de Beloofde Messias (as). Hij was zeer actief in de gemeenschap en bracht ook vele financiële offers. Echter, toen de Beloofde Messias (as) aanspraak maakte de Beloofde Messias te zijn en Babu Ilahi Baksh de bai’at (eed van trouw) zou afleggen, kwam er een onverwachte wending in zijn houding.
De eerstvolgende keer dat Babu Ilahi Baksh de Beloofde Messias (as) ontmoette, begon hij zijn eigen openbaringen te verkondigen. Hij zei:
“Ik heb in een droom gezien dat u tegen me zegt: “Kom, leg de eed af,” maar als antwoord zeg ik: “Nee, dat doe ik niet; u zou eerder de eed aan mij moeten afleggen.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 652)
Veel van zijn vermeende openbaringen bleken echter vals te zijn. Zo beweerde hij dat God hem had verteld: “Ik zal uw leven verlengen door u toe te staan lang in deze wereld te leven, en u zult daardoor de Moslims veel voordeel brengen.” Maar binnen zes jaar na deze bewering stierf Babu Ilahi Bakhsh een vernederende dood! (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, Voetnoot, p. 690)
Hij gaf zelfs toe dat hij er niet zeker van was of zijn openbaringen van God kwamen, en zei: “Ik beschouw mijn openbaringen niet als zeker, want het is mogelijk dat ze satanisch zijn.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, Voetnoot, p. 690)
Babu Ilahi Baksh werd arrogant en vijandig tegenover de Beloofde Messias (as). In zijn boek Asai-Musa (de staf van Mozes) beschreef hij zichzelf als Mozes. Hij beweerde dat Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (God verhoede) de farao was die zich tegen hem verzette. Bovendien profeteerde hij dat de Beloofde Messias (as) een vernederende dood zou sterven aan de pest. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 671)
Aan de andere kant ontving de Beloofde Messias (as) de volgende openbaring:
“Er is een Musa die Ik bekend zal maken en aan wie Ik eer zal schenken in de ogen van de mensen, maar wat hem betreft die tegen Mij gezondigd heeft, hem zal Ik meesleuren en hem de hel laten zien.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 652)
De Beloofde Messias (as) verklaarde:
“Deze profetie gaat duidelijk over Babu Ilahi Bakhsh, de accountant, die op 7 maart 1907 aan de pest stierf omdat hij beweerd had Mozes te zijn. God verklaart dus dat er maar één Musa is in dit tijdperk en dat Ik degene ben die tot Musa is benoemd, maar hij die zichzelf tot Musa benoemt (Babu Ilahi Baksh), zal omkomen zodat het verschil tussen de leugenaar en de waarachtige duidelijk wordt. Dus, de pest – wat een voorbeeld van de hel is – is waar voornoemde Babu door getroffen werd en hij verliet deze vergankelijke wereld op 7 maart 1907. [‘Trek hieruit dus lering, o gij die ogen hebt!’] (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 653)
Babu Ilahi Baksh stierf uiteindelijk aan de pest, precies zoals de Beloofde Messias (as) had voorspeld. Dit was een duidelijk teken van zijn eigen valsheid en de waarachtigheid van de Beloofde Messias (as). De Beloofde Messias (as) merkte op:
“Met betrekking tot mij citeerde hij een van zijn eigen openbaringen dat ik tijdens zijn leven aan de pest zou sterven en dat mijn hele Jama’at uiteen zou vallen. Echter zag hij zichzelf sterven aan de pest. Hij had beweerd dat hij niet zou sterven voordat hij een einde aan mij zou maken, maar na zijn valse openbaring was hij er zelf getuige van hoe het aantal van mijn volgelingen steeg tot vele honderdduizenden. Toen hij dergelijke openbaringen begon te publiceren, was het aantal van mijn volgelingen niet meer dan veertig, dat vervolgens steeg tot 400.000 en hij stierf niet voordat hij getuige was geweest van zijn eigen volledige mislukking en mijn succes in alle opzichten.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 677)
Het verhaal van Babu Ilahi Baksh illustreert de gevolgen van hoogmoed en het verzetten tegen een door God gekozen persoon. Ondanks zijn aanvankelijke toewijding aan de Beloofde Messias (as), liet Babu Ilahi Baksh zich verleiden tot arrogantie en vijandigheid. Zijn valse beweringen en profetieën leidden uiteindelijk tot zijn eigen ondergang, terwijl de missie van de Beloofde Messias (as) bleef groeien en bloeien.
Mirza Ahmad Baig
Mirza Ahmad Baig was een familielid van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, de Beloofde Messias (as), maar hij en zijn familie waren afkerig geworden van het geloof en hadden zich tot het atheïsme gewend. Hun onverschilligheid ging zo ver dat ze zelfs de Heilige Profeet (sa) beledigden. De Beloofde Messias (as), bewogen door medeleven voor zijn familieleden, wenste hen terug te brengen naar het rechte pad.
In antwoord op zijn gebeden ontving de Beloofde Messias (as) een openbaring waarin hem werd opgedragen dat Mirza Ahmad Baig zijn oudere dochter, Muhammadi Begum, ten huwelijk moest geven aan de Beloofde Messias (as). Als hij dit voorstel zou accepteren, zou zijn familie gezegend worden met een teken van Gods barmhartigheid en zou het geloof in hun harten worden hersteld. Echter, als ze zouden weigeren, zouden ze geconfronteerd worden met een teken van Zijn straf.
De Beloofde Messias (as) werd door God geïnformeerd dat als Mirza Ahmad Baig dit huwelijksvoorstel zou afwijzen, hij binnen drie jaar zou sterven. Bovendien zou de man met wie Muhammadi Begum zou trouwen, binnen 2,5 jaar overlijden. (Aina Kamalat-e-Islam, Engelse vertaling, p. 286-288)
Verschillende openbaringen, waaronder بكر وثيب (bikrun wa thayyibun) en يردها إليك (yarudduha ilaika), maakten duidelijk dat Mirza Ahmad Baig dit huwelijk niet zou laten plaatsvinden en dat zijn dochter in plaats daarvan met iemand anders zou trouwen. (The Pocket Book, Engelse editie, Deel 2, p. 322)
Dit was precies wat er gebeurde. Mirza Ahmad Baig huwde zijn dochter uit aan Mirza Sultan Muhammad, daarmee de profetie trotserend en de straf van God over zichzelf afroepen. Nog geen zes maanden na dit huwelijk stierf Mirza Ahmad Baig in december 1892 aan een ontsteking. De vreugde van het gezin veranderde plotseling in diepe rouw en angst. Sommige familieleden, overmand door verdriet, schreven brieven aan de Beloofde Messias (as) en twaalf van hen accepteerden hem als de Beloofde Messias.
Ook Mirza Sultan Muhammad was diep onder de indruk van dit hemelse teken. Na deze gebeurtenis uitte hij nooit meer kritiek op de Beloofde Messias (as). Hij schreef: “Ik beschouw de gerespecteerde Mirza Sahib als een heilig man, een dienaar van de Islam, met een nobel en vroom karakter. Ik koester geen enkele vijandschap jegens zijn volgelingen, integendeel, ik heb spijt dat ik zijn zegeningen niet tijdens zijn leven heb kunnen aanschouwen. Hoogachtend, Mirza Sultan Ahmed uit Batala.” (The Pocket Book, Engelse editie, Deel 2, p. 324)
Vanwege zijn berouw werd Mirza Sultan Muhammads straf van overlijden binnen 2,5 jaar kwijtgescholden. Sommige onwetende tegenstanders beweren dat de profetie niet is uitgekomen omdat Mirza Sultan Muhammad niet stierf en het huwelijk met de Beloofde Messias (as) niet plaatsvond. Maar in werkelijkheid maakte deze commotie van de tegenstanders deel uit van de profetie. De Beloofde Messias (as) had ook een openbaring ontvangen dat er na de dood van Mirza Ahmad Baig ‘blaffende honden’ zouden zijn. (Tabligh-e-Risalat, Volume 1, p. 120) Dit deel van de profetie ging in vervulling toen de opponenten na Mirza Ahmad Baigs overlijden verschillende beschuldigingen uitten tegen de Beloofde Messias (as).
Het verhaal van Mirza Ahmad Baig is een krachtig voorbeeld van de waarheid van de profetieën van de Beloofde Messias (as) en de gevolgen van het verwerpen van een door God gezonden boodschapper. Ondanks hun aanvankelijke onverschilligheid en vijandigheid, ervoeren Mirza Ahmad Baig en zijn familie uiteindelijk zowel de straf als de barmhartigheid van God, afhankelijk van hun reactie op de oproep van de Beloofde Messias (as).
Faqir Mirza
Faqir Mirza was een inwoner van Jhelum, Pakistan, die bekend stond om zijn felle oppositie tegen Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, de Beloofde Messias en Mahdi (as). Zijn verhaal is een treffend voorbeeld van de gevolgen die men kan ondervinden wanneer men zich verzet tegen een door God gekozen persoon.
Faqir Mirza stond bekend om zijn beledigende en godslasterlijke opmerkingen over de Beloofde Messias (as). Hij ging zelfs zo ver dat hij profeteerde dat de Beloofde Messias (as) zou overlijden in de maand Ramadan. De tegenstanders van de Beloofde Messias (as) verenigden zich in hun gebeden voor het succes van Faqir Mirza’s profetie, in de hoop de missie van de Beloofde Messias (as) te dwarsbomen.
Toen de volgende Ramadan aanbrak, brak er echter een pestepidemie uit in Faqir Mirza’s omgeving. Zijn huishouden bestond op dat moment uit vier personen: hijzelf, zijn vrouw, zijn dochter en de vrouw van zijn zoon.
Eerst stierf Faqir Mirza’s vrouw aan de pest. Vervolgens, op de avond van de vijfde of zesde Ramadan van het jaar 1322 Hijri, werd Faqir Mirza zelf getroffen door een ernstige vorm van de ziekte. Hij verloor zijn stem en door intense zwelling en verstikking leek het alsof er bloed uit zijn ogen stroomde.
Uiteindelijk stierf Faqir Mirza precies een jaar na het uitspreken van zijn profetie, op 7 Ramadan 1322. Kort daarna werden ook de twee overgebleven meisjes in zijn huishouden ernstig ziek. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 469)
Het tragische lot van Faqir Mirza en zijn familie maakt duidelijk dat hij door God werd gestraft vanwege zijn oppositie tegen Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as). Zijn eigen profetie keerde zich tegen hem, en de timing en aard van zijn dood en het lijden van zijn familieleden kunnen moeilijk als toeval worden afgedaan.
Abdul Qadir
In de tijd van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad, de Beloofde Messias en Mahdi (as), waren er velen die zijn aanspraak verwierpen en zich tegen hem verzetten. Een van deze tegenstanders was Hakim Abdul Qadir, een inwoner van Gurdaspur, India.
Hakim Abdul Qadir stond bekend om zijn vijandigheid tegenover de Beloofde Messias (as) en zijn missie. In een poging om de Beloofde Messias (as) te vernederen en in diskrediet te brengen, schreef hij een respectloos en sarcastisch gedicht. In dit gedicht beweerde hij dat God onderscheid zou maken tussen de leugenaar en de waarachtige, daarmee implicerend dat de Beloofde Messias (as) een leugenaar was en dat zijn claims onwaar waren.
Een fragment uit het gedicht luidt als volgt:
“De tijd zal uitwijzen wie de ware profeet is,
En wie slechts een bedrieger, een verspreider van leugens.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 602)
Toen de Beloofde Messias (as) op de hoogte werd gesteld van dit beledigende gedicht, reageerde hij met zijn kenmerkende waardigheid en geduld. In plaats van in te gaan op de provocatie, spoorde hij zijn volgelingen aan om standvastig te blijven in hun geloof en om te vertrouwen op God’s oordeel. Hij benadrukte dat de waarheid uiteindelijk zou zegevieren en dat degenen die zich tegen Gods boodschappers verzetten, de gevolgen van hun daden zouden ondervinden.
Niet lang na het schrijven van zijn godslasterlijke gedicht werd Hakim Abdul Qadir getroffen door een verschrikkelijk lot. In 1907, slechts enkele maanden na zijn aanval op de Beloofde Messias (as), werd hij het slachtoffer van de verwoestende pestepidemie die in die tijd delen van India teisterde.
Zijn plotselinge en tragische dood werd door velen gezien als een teken van Gods misnoegen over zijn acties. Door de gebeurtenissen die volgden, werd hij als leugenaar ontmaskerd en werd de waarheid van de missie van de Beloofde Messias (as) bevestigd.
Muhammad Hassan Faizi
In de geschiedenis van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap zijn er vele voorbeelden van individuen die de goddelijke waarschuwingen van de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), negeerden en daarvan de gevolgen ondervonden. Een van deze personen was Muhammad Hassan Faizi, een criticus die ervoor koos om een boek van de Beloofde Messias (as) te weerleggen, ondanks een duidelijke waarschuwing van God.
In 1901 schreef de Beloofde Messias (as) een boek getiteld “Ijaz-ul-Masih” (De wonderen van de Messias), waarin hij zijn aanspraak op het Messiasschap verdedigde en de waarheid van zijn missie aantoonde door middel van krachtige argumenten en goddelijke tekenen. Na de publicatie van dit boek ontving de Beloofde Messias (as) de volgende openbaring:
مَنْ قَامَ لِلْجَوَابِ وَتَنَمَّرَ فَسَوْفَ يَرَى أَنَّهُ تَنْدَمَ وَتَذَمَّرَ
“Wie dan ook opstaat om dit (boek) te beantwoorden en zich overgeeft aan rebellie, zal zeker spijt en verdriet ondervinden.” (Ijaz ul Masih, Ruhani Khazain, vol. 18, introductie, p. XI)
Deze openbaring diende als een duidelijke waarschuwing voor iedereen die zou proberen om “Ijaz-ul-Masih” te weerleggen, en voorspelde dat dergelijke pogingen zouden leiden tot vernedering en ondergang voor de criticus.
Ondanks deze goddelijke waarschuwing besloot Muhammad Hassan Faizi, een uitgesproken criticus van de Beloofde Messias (as), om een antwoord op “Ijaz-ul-Masih” te schrijven. In zijn boek, dat al snel volgde op de publicatie van “Ijaz-ul-Masih”, gebruikte Faizi grove taal en vervloekingen om de argumenten van de Beloofde Messias (as) aan te vallen en zijn karakter zwart te maken.
Faizi’s boek was doordrenkt van beledigingen en lasterlijke beweringen, en toonde weinig respect voor de heiligheid van de Messias en zijn goddelijke missie. Het was duidelijk dat hij de waarschuwing van God had genegeerd en vastbesloten was om de Beloofde Messias (as) te trotseren, ongeacht de gevolgen.
De goddelijke vergelding voor Muhammad Hassan Faizi’s lichtzinnigheid liet niet lang op zich wachten. Slechts een week na het begin van zijn werk aan het antwoord op “Ijaz-ul-Masih”, trof hem een vernederende dood.
De precieze omstandigheden van zijn overlijden zijn niet bekend, maar het plotselinge en tragische einde van zijn leven, zo kort na zijn poging om de Beloofde Messias (as) te weerleggen, werd door velen gezien als een duidelijk teken van Gods misnoegen en de vervulling van Zijn waarschuwing.
Het verhaal van Muhammad Hassan Faizi laat zien dat degenen die proberen de goddelijke boodschappers te beschamen of te weerleggen, uiteindelijk zelf beschaamd en vernederd zullen worden. Tegelijkertijd is het een waarschuwing voor degenen die misschien geneigd zijn om de claims van de Beloofde Messias (as) licht op te vatten of te proberen zijn argumenten te weerleggen. Het lot van Muhammad Hassan Faizi herinnert ons eraan dat dergelijke acties ernstige gevolgen kunnen hebben, zowel in dit leven als in het hiernamaals.
De tragedie van Muhammad Hassan Faizi dient als een krachtig bewijs voor de waarachtigheid van de Beloofde Messias (as), Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), en de goddelijke oorsprong van zijn openbaringen.
Lekhram
Een hindoe die die de Beloofde Messias (vzmh) belasterde en stierf als gevolg daarvan.
Abdullah Aatham
Een christelijke geleerde die een debat hield en kwam te overlijden als gevolg van een profetie.
Alexander Dowie
Een Amerikaan die een vernederende dood stierf als gevolg van profetieën.
Pandit Diyanand
Een hindoe criticus en tegenstander die grove taal gebruikte, stierf.
Babu Ilahi Baksh
Ooit trouwe volgeling van de Beloofde Messias (as), maar stierf uiteindelijk aan de pest.
Mirza Ahmad Baig
Een bijzondere profetie omtrent een huwelijk en de hevige gevolgen die daarna volgden.
Sa'dullah
Een vijand die de hoogtepunt van oppositie had bereikt stierf als gevolg van een profetie.
Abdul Qadir
Schreef een respectloos gedicht en stierf slechts enkele maanden later aan de pest.
Muhammad Hassan Faizi
Probeerde een antwoord te schrijven op een boek van de Beloofde Messias (as) en stierf.
Pir Mehr Ali
Probeerde de Beloofde Messias (as) te beantwoorden maar werd betrapt op plagiaat en vernederd.
Faqir Mirza
Voorspelde dat de Beloofde Messias (as) zou overlijden in Ramadan maar overleed zelf daarin.
Genezen van zieken
In dit onderdeel behandelen we een aantal incidenten waarbij de Beloofde Messias (as) verschillende zieken heeft genezen door middel van zijn gebeden. Het moet duidelijk zijn dat dit soort genezen niet hetzelfde is als wordt gelooft door Christenen in verband met Jezus (as). Profeten brengen spirituele doden tot leven en kunnen door middel van gebeden ook zieken genezen als God dat wilt. Hieronder volgen een aantal incidenten.
Abdul Karim
In de geschiedenis van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap zijn er vele voorbeelden van de wonderbaarlijke genezende kracht van de gebeden van de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as). Een van de meest opmerkelijke gevallen is dat van Abdul Karim, een student aan de Hogeschool in Qadian, die door de genade van Allah en de smeekbeden van de Beloofde Messias (as) herstelde van een dodelijke ziekte.
Abdul Karim, die van ver was gekomen om te studeren aan de door de Beloofde Messias (as) gestichte Hogeschool in Qadian, werd op een dag gebeten door een wilde hond. Als gevolg daarvan ontwikkelde hij hondsdolheid, een gevreesde en vrijwel altijd dodelijke ziekte. De Beloofde Messias (as), die medelijden had met de jongen, stuurde hem voor behandeling naar Kasauli. Ondanks het ontvangen van een vaccin tegen hondsdolheid, verslechterde Abdul Karim’s toestand. Hij begon tekenen van waanzin te vertonen en ontwikkelde hydrofobie, een intense angst voor water die kenmerkend is voor hondsdolheid.
Toen Abdul Karim’s toestand verslechterde tot het punt waarop iedereen verwachtte dat hij binnen enkele uren zou overlijden, werd hij naar een dokter gestuurd voor een laatste onderzoek. De arts concludeerde: “Het spijt me, maar niets kan gedaan worden voor Abdul Karim.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 598) Zelfs de specialisten in Kasauli, die uitgebreide ervaring hadden met hondsdolheid, verklaarden dat er geen remedie was voor zijn toestand.
Het was in deze wanhopige situatie dat de Beloofde Messias (as) zijn toevlucht nam tot gebed. Met groot medeleven en oprechtheid smeekte hij tot Allah voor de genezing van Abdul Karim. En door de genade van Allah werden zijn gebeden op wonderbaarlijke wijze verhoord.
Vrijwel onmiddellijk begon Abdul Karim tekenen van herstel te vertonen. Zijn hydrofobie en angst voor licht verdwenen volledig, en hij was in staat om weer water te drinken zonder angst. Binnen enkele dagen was hij volledig hersteld, alsof hij nooit ziek was geweest. Zijn angstaanjagende symptomen waren verdwenen en hij keerde terug naar een staat van normale gezondheid.
De Beloofde Messias (as) realiseerde zich al snel dat Abdul Karim’s herstel een teken van God was. Medische deskundigen bevestigen dat er geen gedocumenteerde gevallen zijn van iemand die hondsdolheid heeft overleefd na het vertonen van de typische symptomen. Het telegrafische antwoord van de arts in Kasauli, die officieel was aangesteld bij het Pasteur Instituut van India, onderstreept de uitzonderlijkheid van deze genezing:
“Ik was diep bedroefd dat Abdul-Karim, die was gebeten door een wilde hond, symptomen van hondsdolheid vertoonde, maar ik ben erg blij te horen dat hij door middel van gebed is hersteld. Van dit soort herstel is nog nooit eerder gehoord. Dit is de genade van God en het effect van smeekbeden door heilige mensen. Alle lof behoort toe aan Allah.” (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 597-599)
Het verhaal van Abdul Karim is een krachtige illustratie van de wonderbaarlijke kracht van oprecht gebed en de genade van Allah. Het dient als een inspirerend voorbeeld voor gelovigen, en herinnert ons eraan dat zelfs in de meest wanhopige en uitzichtloze situaties, er altijd hoop is door ons tot Allah te wenden. Het is ook een bevestiging van de bijzondere spirituele status van de Beloofde Messias (as) en de verhoring van zijn smeekbeden.
Mubarak ahmad
Mubarak Ahmad, een van de geliefde zonen van de Beloofde Messias (as), werd op jonge leeftijd gezegend met talrijke wonderbaarlijke genezingen. Toen hij slechts twee jaar oud was, werd Mubarak Ahmad zo ernstig ziek dat zijn toestand hopeloos leek. Terwijl de Beloofde Messias (as) vurig bad voor zijn herstel, riepen sommige wanhopige vrouwen uit: ‘Stop met bidden, de jongen is overleden!’. Ze geloofden dat verder bidden zinloos was. Echter, de Beloofde Messias (as) hield vol en bleef bidden. Terwijl hij nog in gebed was, legde hij zijn hand op het levenloze lichaam van zijn zoon. Plotseling begon de jongen weer te ademen. Binnen enkele minuten kwam Mubarak Ahmad volledig bij bewustzijn en ging rechtop zitten, tot grote verbazing en vreugde van iedereen. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 324)
Jaren later, op 8 juli 1906, werd Mubarak Ahmad getroffen door de mazelen. Hij bracht een rusteloze nacht door, woelend en draaiend, en kon nauwelijks slapen. De volgende nacht verslechterde zijn toestand verder en verloor hij het bewustzijn. Zijn lichaam jeukte ondraaglijk. De Beloofde Messias (as), diep bezorgd, ontving toen de openbaring: ادْعُونِي أَسْتَجِبْ لَكُمْ [Bid tot Mij; Ik zal je gebed verhoren]. In reactie hierop stortte hij zich uit in gebed. Plotseling zag hij in een visioen talloze muisachtige wezens op zijn bed, die hem beten. Een persoon verscheen, verzamelde al deze dieren in een laken en instrueerde de Beloofde Messias (as) om ze weg te gooien. Op het moment dat dit visioen eindigde, verdween ook de ziekte van zijn zoon volledig. Mubarak Ahmad sliep comfortabel tot de ochtend. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 110)
De Beloofde Messias (as) werd ook gezegend met profetische visioenen over Mubarak Ahmad. Op een ochtend, na het gebed, zag hij in een visioen dat zijn zoon het huis binnenkwam, uitgleed over de vloermat en zwaargewond raakte, met zijn shirt doorweekt van het bloed. De Beloofde Messias (as) deelde dit visioen met de moeder van Mubarak Ahmad. Verbazingwekkend genoeg, binnen een minuut na het vertellen van dit visioen, kwam Mubarak Ahmad naar binnen rennen, gleed uit over de mat en raakte ernstig gewond, precies zoals voorspeld. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 487)
In een ander visioen zag de Beloofde Messias (as) Mubarak Ahmad in grote verwarring en desoriëntatie op hem af rennen, smekend om water. Ongeveer twee uur nadat hij dit visioen had gedeeld met zijn familieleden en anderen, werd het werkelijkheid. De vierjarige Mubarak Ahmad had, op aanraden van andere kinderen, een grote hoeveelheid gemalen zout ingeslikt tijdens het spelen in de tuin. Hij begon te stikken en rende in paniek naar zijn vader. De Beloofde Messias (as) reageerde onmiddellijk, pakte hem op, rende naar de put en goot water in zijn mond. Zo redde God hem en werd de profetie vervuld. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 488)
Deze opmerkelijke voorvallen in het leven van Mubarak Ahmad getuigen van de diepe spirituele band tussen de Beloofde Messias (as) en God.
Seth abdur rahman
Seth Abdur Rahman, een trouwe en toegewijde vriend van de Beloofde Messias (as), stuurde op een dag een alarmerend telegram. Hij leed aan een karbonkel, een levensbedreigende puist veroorzaakt door kanker. De Beloofde Messias (as), diep bezorgd over het welzijn van zijn vriend, viel in een lichte slaap terwijl hij overweldigd werd door bezorgdheid. Plotseling ontving hij de volgende openbaring:
آثَارِ زندگِی
“Tekenen van leven” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 408)
Kort na deze openbaring ontving de Beloofde Messias (as) bemoedigend nieuws: de toestand van Seth Abdur Rahman was verbeterd en er was geen reden tot ongerustheid. Echter, na enige tijd verslechterde zijn gezondheid opnieuw. De Beloofde Messias (as), vastbesloten in zijn smeekbeden, bleef bidden totdat zijn hart op een buitengewone manier werd overweldigd. Het was op dat moment dat de Almachtige God ingreep en Seth Abdur Rahman verloste van zijn dodelijke ziekte, alsof hij een nieuw leven kreeg.
In een brief aan de Beloofde Messias (as) beschreef Seth Abdur Rahman zijn opmerkelijke herstel: “In antwoord op uw gebed heeft God een groot wonder laten gebeuren, want er was geen enkele hoop op leven. Na de operatie begon de wond te genezen. Korte tijd later verscheen er een nieuwe zweer die me opnieuw in grote angst en paniek bracht. Maar later bleek dat het geen karbonkel was. Uiteindelijk ben ik na een paar maanden volledig hersteld.” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 409)
Het is belangrijk op te merken dat Seth Abdur Rahman niet alleen leed aan een karbonkel, maar ook aan diabetes. Bovendien was hij al op gevorderde leeftijd. Medische professionals zijn zich terdege bewust van de uitdagingen die gepaard gaan met het herstel van deze angstaanjagende aandoeningen, vooral bij oudere patiënten met onderliggende gezondheidsproblemen. Zijn volledige genezing was daarom een ware manifestatie van goddelijke genade en de kracht van oprecht gebed. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 408-409)
Abdul Rahim Khan
In de annalen van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap staat het verhaal van Abdul Rahim Khan als een krachtig getuigenis van de bijzondere relatie tussen de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), en Allah de Almachtige. Dit voorval illustreert niet alleen de kracht van oprecht gebed, maar ook de diepe liefde en toewijding die de Beloofde Messias (as) koesterde voor zijn volgelingen.
Abdul Rahim Khan was de zoon van Muhammad Ali Khan Sahib, een zeer gerespecteerd lid van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap. Samen emigreerden zij naar Qadian, maar Abdul Rahim Khan leed aan een ernstige tyfusinfectie. Ondanks alle behandelingen die hij onderging, bleef zijn toestand verslechteren. Uiteindelijk verklaarden de artsen dat er niets meer voor hem gedaan kon worden en dat hij binnen enkele dagen zou overlijden.
In deze wanhopige situatie werd de Beloofde Messias (as) verzocht om te bidden voor Abdul Rahim Khan. Met groot medeleven en zorg richtte hij zijn smeekbeden tot Allah voor de genezing van de jongen. Echter, op dat moment ontving de Beloofde Messias (as) een openbaring van God die verklaarde dat de dood van Abdul Rahim Khan onvermijdelijk was en dat verder gebed zinloos zou zijn.
Overweldigd door medeleven, waagde de Beloofde Messias (as) het om te pleiten: “Heer, als het gebed niet wordt aanvaard, dan bemiddel ik dat U hem ter wille van mij kunt genezen.” Hoewel deze woorden oprecht waren, besefte de Beloofde Messias (as) al snel dat dit misschien niet juist was. Allah de Almachtige gaf hem de openbaring:
“Wie kan bemiddelen zonder Zijn (Gods) toestemming?” (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 279)
Deze woorden deden de Beloofde Messias (as) rillen, en hij werd overweldigd door schaamte toen hij besefte dat hij had geprobeerd te bemiddelen zonder de toestemming van Allah.
Nauwelijks een minuut na deze berisping ontving de Beloofde Messias (as) echter een nieuwe openbaring die hem geruststelde:
إِنَّكَ أَنتَ الْمَجَازُ
“Toestemming is verleend”. (Ibid)
Met hernieuwde hoop en dankbaarheid richtte de Beloofde Messias (as) zich weer tot Allah in gebed, en dit keer voelde hij dat zijn smeekbeden niet onbeantwoord zouden blijven. Wonderbaarlijk genoeg begon Abdul Rahim Khan diezelfde dag nog tekenen van herstel te vertonen. Het was alsof hij uit de dood was opgestaan. Binnen enkele dagen was hij volledig hersteld van zijn ziekte en keerde hij terug naar een staat van gezondheid en vitaliteit. (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 109)
Ishaq nawab
In het leven van de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), waren er talloze voorbeelden van goddelijke tekenen en wonderen die zijn aanspraak bevestigden. Een van de meest opmerkelijke van deze tekenen was de wonderbaarlijke genezing van Ishaq Nawab, de zoon van Mir Nasir Nawab, de schoonvader van de Beloofde Messias (as).
Op een dag smeekte de Beloofde Messias (as) tot God voor een teken om zijn waarachtigheid te bewijzen. In antwoord op zijn gebeden ontving hij de volgende openbaring:
“Er zal binnenkort een teken verschijnen”. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 411)
Na deze openbaring zag de Beloofde Messias (as) verschillende dromen die erop wezen dat er een ramp op komst was voor de familie van Mir Nasir Nawab. Bezorgd begon de Beloofde Messias (as) voor hen te bidden.
Op dat moment stond de familie van Mir Nasir Nawab op het punt om samen met hem naar Lahore te reizen. Echter, toen de Beloofde Messias (as) hem vertelde over zijn onheilspellende dromen, besloot Mir Nasir Nawab de reis af te blazen.
De volgende ochtend werd Ishaq, de zoon van Mir Nasir Nawab, getroffen door hoge koorts en extreme rusteloosheid. Er verschenen tumoren in zijn liezen, en men vreesde dat het de pest was, aangezien er in sommige dorpen van het district een pestepidemie heerste.
In wanhoop wendde Mir Nasir Nawab zich tot de Beloofde Messias (as) voor hulp. De Beloofde Messias (as) verzekerde hem dat hij aan het bidden was, maar spoorde de familie ook aan om berouw te tonen en Gods vergeving te zoeken. Dit omdat hij in een droom had gezien dat zij vijanden van de Beloofde Messias (as) in hun huis hadden ontvangen, wat wees op enig wangedrag van hun kant.
De Beloofde Messias (as) begon onmiddellijk vurige smeekbeden tot Allah voor de genezing van Ishaq. Na zijn gebeden werd hij vervuld van de zekerheid dat God een machtig teken zou tonen. Binnen twee tot drie uur vond er een verbazingwekkende transformatie plaats in Ishaq’s toestand. Zijn koorts verdween volledig en er was geen spoor meer te bekennen van de tumoren. Niet alleen was hij in staat om rechtop te zitten, maar hij begon ook te lopen, te spelen en zelfs te rennen, alsof hij nooit ziek was geweest! (Haqiqat-ul-Wahi, Engelse editie, p. 411-413)
De wonderbaarlijke genezing van Ishaq Nawab was een duidelijk teken van Gods steun voor de Beloofde Messias (as) en de waarheid van zijn aanspraken. Het toonde aan dat hij inderdaad een door God uitverkoren persoon was, wiens gebeden krachtig en effectief waren.
Ghulam Qadir
In de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap staan talloze voorbeelden van de wonderbaarlijke genezende kracht van de gebeden van de Beloofde Messias, Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as). Een van de meest opmerkelijke gevallen is dat van Mirza Ghulam Qadir, de broer van de Beloofde Messias (as), wiens leven op miraculeuze wijze werd verlengd door de genade van Allah en de smeekbeden van Zijn uitverkorene.
Op een nacht werd de Beloofde Messias (as) in een droom getoond dat er nog maar een paar dagen van Mirza Ghulam Qadirs leven over waren, hoogstens vijftien dagen. Deze verontrustende droom werd aan veel mensen verteld, en wekte grote bezorgdheid op.
Kort na de droom werd Mirza Ghulam Qadir getroffen door een ernstige ziekte die hem tot op het bot vermagerde. Zijn lichaam was zo uitgeteerd dat het nauwelijks te merken was dat er iemand in bed lag wanneer hij daar rustte. Buiten bewustzijn had hij last van onwillekeurige ontlasting en urineverlies. Zelfs Mirza Ghulam Murtada, een zeer bekwame arts, verklaarde dat Ghulam Qadirs toestand hopeloos en ongeneeslijk was. Het leek erop dat de profetische droom van de Beloofde Messias (as) op het punt stond uit te komen. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 324-325)
Ondanks de schijnbaar hopeloze situatie begon de Beloofde Messias (as) vurige gebeden te verrichten voor het herstel van Mirza Ghulam Qadir. Zijn liefde en medeleven voor zijn broer dreven hem ertoe om de genade en tussenkomst van Allah te zoeken.
Echter, kort na het begin van zijn smeekbeden zag de Beloofde Messias (as) een andere verontrustende droom. In deze droom zag hij een gerespecteerde persoon die overleden was, en die Ghulam Qadir naar zich toe riep. Volgens de interpretatie van dromen betekende dit dat de dood naderde.
Zoals verwacht verergerde Ghulam Qadirs toestand na deze droom. Hij was zo zwak dat hij hulp nodig had om zich zelfs maar in bed om te draaien. Maar de Beloofde Messias (as) zette zijn smeekbeden voort, vastbesloten om de genade van Allah voor zijn broer af te smeken. Na vijftien dagen van onafgebroken gebed zag de Beloofde Messias (as) een hoopvolle droom. In deze droom zag hij Ghulam Qadir in goede gezondheid, probleemloos rondlopend in zijn huis. Dit was een teken dat zijn gebeden waren verhoord en dat genezing ophanden was.
Wonderbaarlijk genoeg begon Ghulam Qadir kort na deze droom zichtbare tekenen van herstel te vertonen. Hij begon een paar stappen te zetten en gooide al snel zijn wandelstok weg, die hij niet langer nodig had. Binnen enkele dagen was hij volledig genezen, tot verbazing en vreugde van iedereen die zijn toestand kende.
MALAWamAL
In het stad Qadian leefde eens een Arya genaamd Malawamal. Hij was een hardwerkende man, geliefd bij zijn familie en vrienden, maar op een dag sloeg het noodlot toe. Malawamal werd gediagnosticeerd met tuberculose, een gevreesde ziekte in die tijd. Ondanks zijn pogingen om de ziekte te bestrijden, verslechterde zijn toestand met de dag. Zijn koorts bleef aanhouden en hij verloor langzaam zijn hoop op genezing.
Op een nacht had Malawamal een angstaanjagende droom waarin hij werd gebeten door een giftige slang. Deze droom leek een voorbode van zijn naderende dood te zijn. Wanhopig en ten einde raad besloot hij hulp te zoeken bij de Beloofde Messias (as).
Hij smeekte om hulp en genezing, wetende dat dit zijn laatste hoop was. De Beloofde Messias (as), geraakt door het leed van Malawamal, ging voor hem bidden. Na een intens gebed ontving hij een krachtige openbaring van God:
يَا نَارُ كُونِي بَرْدًا وَسَلَامًا
“Oh, het vuur van de koorts! Wordt koud en vredig.” (Barahin-e-Ahmadiyya, Engelse vertaling, vol. 1, pagina 227)
Deze woorden, rechtstreeks van de Almachtige, brachten een golf van hoop en troost voor Malawamal. Hij keerde terug naar huis, zijn hart gevuld met een nieuw gevonden geloof en vertrouwen in Gods genade.
Verbazingwekkend genoeg begon Malawamal binnen een week te herstellen. Zijn koorts verdween en zijn krachten namen toe met elke passerende dag. Tot verbazing van zijn artsen en familieleden was hij volledig genezen van zijn tuberculose. Het was een wonder dat zijn leven had gered en zijn geloof had versterkt.
Pir Mehr Ali
Eens zag de Beloofde Messias (as) in een droom dat het huis van Pir Mehr Ali in brand staat en dat de Beloofde Messias (as) deze vuur had uitgeblust door er water over te gooien. Van deze droom begreep de Beloofde Messias (as) dat Pir Mehr Ali in serieuze problemen zal raken en dat hij en zijn eer in gevaar zullen komen en dat de Beloofde Messias (as) hem uiteindelijk zal redden.
Kort later werd Pir Mehr Ali beschuldigd van wangedrag en als straf werd vastgesteld om hem te kruisigen. In deze gevaarlijke situatie vroeg de zoon van Pir Mehr Ali aan de Beloofde Messias (as) om voor zijn vader te bidden. De Beloofde Messias (as) bidde voor hem en kort later werd zijn straf volledig kwijtgescholden.
Echter Pir Mehr Ali Shah was een opponent van de Beloofde Messias (as) en wenste om de Beloofde Messias (as) te vernederen. En als resultaat werd hijzelf op verschillende manieren vernederd waardoor hij een van de personen bekwam door wie de profetie: “Ik zal diegene vernederen die verlangt u te vernederen” tot vervulling kwam. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 433)
Ten eerste werd hij te schande gebracht omdat hij niet het antwoord op het boek ‘Ijaz-ul-Masih’ in het Arabisch kon schrijven, terwijl hij herhaaldelijk werd uitgedaagd. Vervolgens werd hij vernederd door plagiaat door onder zijn naam een manuscript van een overleden persoon te publiceren. Dit werk was van Muhammad Hassan en Mehr Ali publiceerde zijn werk onder zijn eigen naam. Het was niet alleen een schande dat hij deze werk kopieerde maar ook dat dit werk vol was met vuil taalgebruik. Daarnaast schreef hij in zijn boek ‘Saif-e-Chishtiyai’ dat het zijn eigen verhandeling was, maar later werd bewezen dat hij een leugenaar was. Pir Mehr Ali werd dus op veel verschillende manieren vernederd. (Haqiqatul Wahi, Engelse editie, p. 480)
Abdul Karim
Kreeg hondsdolheid en herstelde op wonderbaarlijke wijze door de gebeden van de Beloofde Messias.
Abdul Rahim Khan
Kreeg de tyfusinfectie en herstelde op bijzondere wijze van een staat dat hij bijna stierf.
Ishaq Nawab
Kreeg hoge koorts en extreme onrust als gevolg van een profetie en herstelde door gebeden.
Ghulam Qadir
De Beloofde Messias (as) werd verteld dat Ghulam Qadirs dood nabij is, maar herstelde door gebed.
Malawamal
Door de vurige gebeden van de Beloofde Messias (as) herstelde hij van tuberculose.
Sharif Ahmad
Sharif Ahmad werd heel erg ziek en het leek alsof hij de pest had, maar herstelde als gevolg van gebed.
Mubarak Ahmad
Mubarak Ahmad is meerdere malen op hele bijzondere manieren genezen van ernstige ziekten.
Seth Abdur Rahman
Kreeg karbonkel en herstelde op een wonderbaarlijke manier als gevolg van gebeden.

