Noodzaak van hervormers
Sommige moslims stellen de vraag: als we al geloven in de Heilige Koran, de Ahadith en de Heilige Profeet Mohammed (sa), waarom is het dan nog nodig om te geloven in een Mahdi, terwijl het geloof al vervolmaakt is volgens de Koran? Zoals Allah vermeldt:
“Vandaag de dag heb Ik uw godsdienst voor u vervolmaakt” (De Heilige Koran 5:4)
Hierbij is het belangrijk om te begrijpen dat hoewel het waar is dat de islam als religie is vervolmaakt, heeft de Heilige Profeet Mohammed (sa) duidelijk geprofeteerd dat er in de latere dagen een Messias zou komen voor de spirituele hervorming van de moslims.
Hoewel de religie is vervolmaakt betekent het niet dat moslims niet kunnen afdwalen. In feite had de Heilige Profeet (sa) zelf geprofeteerd dat de moslims zouden afdwalen:
“Er zal een afname zijn in het religieuze geloof en er zal niets overblijven van de Islam behalve zijn naam en er zal niets overblijven van de Heilige Koran behalve zijn tekst. Hoewel de moskeeën vol zullen zijn met aanbidders, zullen ze leeg zijn van leiding. De religieuze geleerden zullen de slechtste schepping zijn onder het uitspansel van de Hemel.” (Mishkat-ul Masabih, Boek 2, Hadith 72, & Kanz-ul Ummal, Boek 6, Pagina 43)
Daarnaast had de Heilige Profeet (sa) ook geprofeteerd:
“De Kinderen van Israël waren verdeeld in tweeënzeventig sekten, en mijn Ummah zal worden verdeeld in drieënzeventig sekten. Zij zullen allemaal in het Vuur zijn, behalve één sekte.” Ze vroegen: “Welke is dat, O Boodschapper van Allah?” Hij antwoordde: “Dat waarop ik en mijn metgezellen zijn.” (Sunan al-Tirmidhi, Kitab-ul-Iman, Bab Ma Ja’a fi Iftiraq Hadhihi al-Ummah, Hadith nr. 2641)
Kunnen we na deze twee uitspraken van de Heilige Profeet (sa) gelezen te hebben nog beweren dat de moslims geen hervormer nodig hebben? Zeker niet. In feite had de Heilige Profeet (sa) zelf voorspeld dat aan het begin van elke eeuw een hervormer zal komen:
“Waarlijk, Allah zal voor deze Ummah (gemeenschap) aan het begin van elke eeuw iemand sturen die voor haar de religie zal hernieuwen.” (Sunan Abi Dawud, Kitab-ul-Malahim, Bab ma Yudhkaru fi Qarn al-Mi’ah, Hadith nr. 4291)
Komst van Mahdi
De Heilige Profeet Mohammed (sa) legde grote nadruk op het accepteren van de Mahdi wanneer hij verschijnt. In een hadith overgeleverd door Anas (ra) zegt de Profeet (sa):
“Wanneer jullie horen over de Mahdi, leg dan de eed van trouw aan hem af, zelfs al moet je kruipend over sneeuw naar hem toe gaan, want hij is de Khalifa van Allah, de Mahdi.” (Kanz al-Ummal, Kitab al-Qiyamah, Al-Fitan wa Ashrat as-Sa’ah, Hadith nummer 38681)
Deze hadith maakt duidelijk hoe belangrijk het is om de Mahdi te accepteren, zelfs als men grote moeilijkheden moet doorstaan om hem te bereiken. In een andere hadith wordt vermeld:
“Wie sterft zonder de Imam (van zijn tijd) te erkennen, sterft de dood van ongeloof.” (Musnad Ahmad, Hadith 16271)
Mirza Ghulam Ahmad (as), de stichter van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, claimde de Beloofde Messias en Mahdi te zijn. Hij benadrukte het belang van het accepteren van zijn claim in talrijke geschriften en toespraken. In een van zijn boeken schrijft hij:
“Degenen die zich van mij afkeren, zullen uiteindelijk inzien op de Dag des Oordeels wat voor groot verlies zij hebben geleden. Ze zullen dan zeggen: ‘Helaas, hadden we maar de Beloofde Messias aanvaard toen we de kans hadden!'” (Ark van Noach, Ruhani Khaza’in, vol. 19, p. 15)
Bovendien heeft de Heilige Profeet (sa) gezegd: “Degene onder hen die Jezus, de zoon van Maria, ontmoet, laat hem de vrede overbrengen van mij.” (Mustadrak Volume 2, Pagina 595)
Volgens het Ahmadiyya-perspectief is het accepteren van Mirza Ghulam Ahmad (as) als de Beloofde Messias en Mahdi essentieel voor het volledig vervullen van het geloof in de Heilige Koran, de Ahadith en de Heilige Profeet Mohammed (sa). Het is een bevestiging van de waarheid van de voorspellingen van de Heilige Profeet Mohammed (sa) en een erkenning van Gods plan om de islam te doen herleven in de latere dagen.
Het verwerpen van de Beloofde Messias, nadat men kennis heeft genomen van zijn claim en bewijzen, zou neerkomen op het negeren van een essentiële leerstelling van de islam. Het zou betekenen dat men de profetische woorden van de Heilige Profeet Mohammed (sa) naast zich neerlegt en daarmee het risico loopt zijn geloof onvolledig te laten.
Daarom roept de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap alle moslims op om de claim van Mirza Ghulam Ahmad (as) grondig te bestuderen, zijn bewijzen en argumenten eerlijk te overwegen en hem te accepteren als de lang-verwachte Messias en Mahdi. Dit, geloven wij, is de sleutel tot het bereiken van ware spirituele verlichting en het vervullen van de hoop van de Profeet Mohammed (sa) voor de hervorming en opleving van de islam in de moderne tijd.
Situatie van de wereld
Als we kijken naar de staat van de wereld ten tijde van de komst van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as), wordt het overduidelijk waarom zijn verschijning in die periode zo cruciaal was. De moslimgemeenschap werd geconfronteerd met zowel interne als externe uitdagingen die het fundamentele karakter van de islam bedreigden.
Intern zagen we een diepe geestelijke crisis. Het begrip en de betekenis van het geloof in God was verloren gegaan. De verdeeldheid onder moslims had een kritiek punt bereikt – er waren niet alleen 72 sekten, maar praktisch elke persoon had zijn eigen interpretatie van de islam ontwikkeld. In verschillende steden en dorpen ontstonden geïsoleerde gemeenschappen die elkaar volledig tegenspraken en elk hun eigen versie van de religie creëerden. Nog zorgwekkender was dat verschillende stromingen zoals de Shia’s, Sunni’s en Wahabi’s de Koran en Sunnah behandelden met hun eigen interpretatie.
De religieuze leiders, die de beschermers van het geloof hadden moeten zijn, waren zo verstrikt geraakt in wereldse zaken dat ze alleen nog maar aan hun eigen verlangens dachten. Valse heiligen en soefi’s maakten misbruik van hun positie voor financieel gewin, zonder enige oprechte zorg voor de islam. Ze kenden de Sunnah niet meer en maakten geen onderscheid tussen authentieke gebruiken en innovaties (bidat).
Extern stond de islam voor ongekende uitdagingen. Het christendom vormde een grote bedreiging door middel van:
- Scholen die moslimkinderen van hun geloof af brachten
- Prediking die mensen misleidde
- Propaganda die moslimgezinnen ontwrichte
- Ziekenhuizen die werden gebruikt voor bekering activiteiten
- Het uitbuiten van armoede tijdens droogte om mensen te bekeren
- Publicaties en boeken die twijfel zaaiden
Daarnaast was er grote druk van het hindoeïsme, vooral in India, waar felle aanvallen op de islam en de Heilige Profeet (sa) werden gelanceerd door middel van geschriften vol valse beschuldigingen.
Het onderwijssysteem duwde jongeren richting atheïsme, waarbij leraren de islam minachtten en filosofie gebruikten om religie als achterhaald af te schilderen. De moderne beschaving, met haar focus op materialisme en wereldse zaken, liet mensen geen tijd meer voor hun geloof.
Het was precies in deze tijd van verwarring en crisis dat de komst van een hervormer essentieel was. Iemand die:
- Met logische argumenten het bestaan van God kon bewijzen
- Door middel van profetieën en tekenen de waarheid kon aantonen
- De verdeelde moslimgemeenschap kon verenigen
- De aanvallen op de islam effectief kon weerleggen
- De zuivere islamitische leer kon herstellen
De komst van Hazrat Mirza Ghulam Ahmad (as) in deze specifieke periode was daarom geen toeval, maar een directe vervulling van de profetie van de Heilige Profeet Mohammed (sa) over de komst van een hervormer wanneer deze het meest nodig zou zijn. Zijn verschijning kwam op het moment dat de islam zowel intern als extern voor de grootste uitdagingen in haar geschiedenis stond, precies zoals voorspeld was in de hadith over de staat van het geloof in de laatste dagen.
Deze timing bevestigt niet alleen de waarheid van zijn claim, maar onderstreept ook de goddelijke wijsheid achter zijn komst – exact op het moment dat de moslimgemeenschap een leider nodig had die zowel de interne hervormingen kon leiden als de externe aanvallen kon weerstaan met rationele argumenten en spirituele tekenen.